5 Beschrijving van de bestuurdersplaats
5.10.3 Onderste voorruit
Zet de vergrendelingshendel(s) in de vergrendelde stand om te voorkomen dat u de
bedieningshendels ongewild bedient tijdens de hantering van de voorruit.
Opening van het benedengedeelte van de voorruit
Open en sluit het benedengedeelte van de voorruit alleen nadat het bovengedeelte
Sluiting van het benedengedeelte van de voorruit
5.10.4 Rechterraam van de cabine
40
OPGELET
BELANGRIJK
onder het plafond geplaatst werd.
1. Til het benedengedeelte van de voorruit met beide
handen op.
2. Berg het op in het daartoe voorziene opbergvak,
links achteraan in de cabine.
Aantekening
Blokkeer het door het in de veiligheidsvoor-
zieningen te plaatsen.
1. Druk op het bovengedeelte van elke grendel om
de voorruit uit het opbergvak te halen.
2. Zet het benedengedeelte van de voorruit op zijn
plaats.
3. Laat de onderste voorruit zakken.
1. Druk op de klink.
2. Open het rechterraam van de cabine door het in de
door de pijlen aangewezen richting te verschuiven.
www.duma-rent.com