Inhoudsopgave
Advertenties
4.4 Controle van het brandstofpeil en bijvullen van de tank
= Vol
= Leeg
1 = Kap B
2 = Brandstoftandkdop
3 = Dieselpeilstok
-
-20 -10 0
Diesel
1 = Ventilatieopening
4 Controles vóór het starten van de machine
1. Zet de startsleutel in de stand "ON".
2. Stel het brandstofpeil vast door naar de brandstof-
meter op het instrumentenpaneel te kijken.
3. Zet de startsleutel in de stand "OFF".
4. Vul de tank bij als het peil te laag is.
a. Open kap B met behulp van de startsleutel.
b. Verwijder de dop van de tank.
c. Vul de brandstoftank bij via de vulopening en
houd ondertussen de peilstok op de tank in het
oog.
Gebruik alleen de aanbevolen diesel van het type :
EN 590
Minimaal cetaangetal: 45.
Temperaturen °C
10
20
N° 2-D
N° 3-D
N° 3-D (S)
WAARSCHUWING
Veeg gemorste brandstof af met een doek.
5. Sluit de tank.
6. Sluit kap B.
Aantekening
Als de ventilatieopeningen in de dop verstopt
zijn, kan de druk in de tank vergroten wordt de
dieseltoevoer verstoord. Om dat te voorkomen,
moet u die ventilatieopeningen regelmatig
reinigen.
Voorgeschreven hoeveelheid (L)
+
30
www.duma-rent.com
41
85
Advertenties
Inhoudsopgave
