Meldtekst 1 of 2 wordt afgespeeld zodra het antwoordapparaat
wordt aangesproken. U kunt dus 2 verschillende meldteksten
inschakelen. Dit kan bijvoorbeeld handig zijn als u overdag en
's avonds verschillende meldteksten wilt gebruiken. Als u meld-
tekst 1 of 2 inschakelt kunt u er ook voor kiezen een sluittekst in
te spreken, zie paragraaf 12.2, Meldtekst inspreken. De beller
hoort de sluittekst als de maximale inspreektijd bereikt is, zie
ook paragraaf 12.6, Tijdslimiet instellen. Als u kiest voor
3:AFWH.MELDING, dan kunnen bellers niets inspreken en ho-
ren zij alleen de ingesproken afwezigheidsmelding!
U stelt als volgt een meldtekst in:
1
Druk 2 maal op
2
Kies in het menu voor 3:ANTWOORDAPPARAAT.
3
Kies in het vervolgmenu voor 1:INSTELLINGEN MELD-
TEKST.
4
Kies in het vervolgmenu voor 1:MELDTEKST.
5
Kies in het vervolgmenu de gewenste meldtekst:
1:MELDTEKST 1
2:MELDTEKST 2
3:AFWH.MELDING
6
Druk herhaald op 0:EINDE om het menu te verlaten.
7
Zet het antwoordapparaat aan, zie paragraaf 12.4, Ant-
woordapparaat aan- en uitzetten.
12.4
Antwoordapparaat aan- en uitzetten
Nadat u de gewenste meldtekst hebt ingesteld en ingesproken,
kunt u het antwoordapparaat als volgt aanzetten:
1
Druk op
2
Kies 1:AAN.
>
Het antwoordapparaat is ingeschakeld. Het controlelampje
onder de toets
3
Kies herhaald 0:EINDE om te bevestigen.
U kunt het antwoordapparaat als volgt uitzetten:
1
Druk op
2
Kies 2:UIT.
>
Het antwoordapparaat is uitgezet. Het controlelampje onder
de toets
3
Kies 0:EINDE om het menu te verlaten.
88
P
.
M
.
M
brandt.
M
.
M
brandt niet meer.