Inhoudsopgave
Advertenties
4.
Beweeg de zuiger van de brandstofpomp totdat u
weerstand ondervind. Probeer de motor te starten.
Herhaal stap 3 nogmaals indien de motor niet start.
Afbeelding 14
1.
Brandstofpomp
2.
Ontluchtingsschroef
Afbeelding 15
1.
Injectiepompbehuizing
N.B.: Het is misschien nodig om de lucht uit de brand-
stofleiding tussen het brandstoffilter/waterafscheider
en de injectiepomp af te tappen. Hiervoor draait u de
behuizing van de injectiepomp los (Afb. 15) en
herhaalt u de ontluchtingsprocedure.
HET CONTROLEREN VAN HET VEILIG-
HEIDSBLOKKERINGSSYSTEEM
Het blokkeringssysteem voorkomt dat de motor
aanslaat of gestart wordt tenzij het tractiepedaal in de
NEUTRAALSTAND staat en de schakelaar van de
messenkooi UITGESCHAKELD staat. Bovendien zal
de motor stoppen wanneer de schakelaar van de
messenkooi ingeschakeld is of het tractiepedaal
ingetrapt is terwijl de bestuurder niet op zijn stoel zit.
Haal de veiligheidsschakelaars niet los omdat zij
voor de bescherming van de bestuurder zorgen.
Controleer dagelijks de werking van deze schakelaars
om te zien of het blokkeringssysteem goed werkt.
Indien een schakelaar defect is moet deze vervangen
worden voordat de machine gebruikt wordt. Vervang
de schakelaars om de twee jaar om verzekerd te zijn
van maximale veiligheid.
1.
Laat de messenkooien op de grond zakken in een
ruime open plek zonder afval of omstanders. Stop
de motor.
2.
Zet de schakelaar voor de messenkooien in de
UITGESCHAKELD-stand en haal uw voet van
het tractiepedaal.
3.
Draai de contactsleutel naar de START-positie. De
motor moet nu aanslaan. Als de motor aanslaat,
gaat u verder met stap 4. Indien de motor niet
aanslaat, is het blokkeringssysteem mogelijk
defect.
4.
Verlaat de stoel en schakel de schakelaar van de
aftakas in terwijl de motor draait. De motor moet
nu binnen twee seconden stoppen. Als de motor
stopt, werkt de schakelaar naar behoren en kunt u
verdergaan met stap 5. Indien de motor niet stopt,
is het blokkeringssysteem defect.
5.
Verlaat de stoel en trap het tractiepedaal in terwijl
de motor draait en de schakelaar van de messen-
kooien uitgeschakeld is. De motor moet nu binnen
twee seconden stoppen. Als de motor stopt, werkt
de schakelaar naar behoren en kunt u verdergaan
met de machine te werken. Indien de machine niet
stopt, is het blokkeringssysteem defect.
GEBRUIKSKENMERKEN
Maak u vertrouwd met de machine—Voordat u voor
de eerste keer gras gaat maaien moet u uzelf vertrouwd
maken met het gebruik van de machine door dit te
oefenen in een open ruimte. Start en stop de motor.
Rijd de machine voorwaarts en achterwaarts. Oefen
met het afzonderlijk en het tegelijkertijd neerlaten en
optrekken van de messenkooien. Schakel de messen-
18
LET OP
Advertenties
Inhoudsopgave
