CombiZone
nl
wCombiZone
M et deze functie kunt u de CombiZone verbinden en
C o m b i Z o n e
voor beide kookzones dezelfde vermogensstand
instellen. De functie is bijzonder geschikt voor de
bereiding met langwerpig kookgerei.
Aanwijzingen voor het kookgerei
Gebruik voor een optimaal resultaat een pan die
afgestemd is op het gebied van de beide kookzones.
Zet de pan in het midden van de kookzone.
Wanneer u op een van beide kookzones slechts één
pan gebruikt, kunt u hem verplaatsen naar de tweede
kookzone. In dit geval worden de vermogensstand en
de gekozen instellingen overgenomen.
Advies
Activeren
Eén van de twee kookzones kiezen die bij de
1.
CombiZone horen en de kookstand instellen.
Het symbool
ü
aanraken. De indicatie
2.
De kookstand verschijnt in de indicatie van de
onderste kookzone.
De functie is geactiveerd.
De vermogensstand wijzigen
Wijzig in de programmeerzone de vermogensstand.
Deactiveren
Kies een van beide kookzones voor deze functie en
raak het symbool
aan.
ü
De functie is gedeactiveerd. De beide kookzones
functioneren nu als twee onafhankelijke kookzones.
14
Plaats de pan zo dat er altijd slechts
één van de gecombineerde kookzones
wordt bedekt.
Anders worden de kookzones niet op
de juiste wijze geactiveerd en wordt er
geen goed bereidingsresultaat
behaald.
ü
is verlicht.
uMove-functie
M et deze functie kunt u de CombiZone verbinden en
M o v e - f u n c t i e
voor beide kookzones verschillende vermogensstanden
kiezen. Vooraf ingestelde vermogensstanden:
Voorste kookzone = vermogensstand
Achterste kookzone = vermogensstand
De vooraf ingestelde vermogensstanden kunnen voor
elke kookzone onafhankelijk van elkaar worden
veranderd.
Aanwijzingen
Kookgerei op slechts één van de kookzones
■
plaatsen.De functie wordt niet geactiveerd wanneer
op elk van beide kookzones afzonderlijk kookgerei
staat.
In de indicatie van de kookzone waarop geen
■
kookgerei staat, is de kookstand zwakker. Deze
wordt pas geactiveerd wanneer de vorm op deze
kookzone verplaatst en herkend wordt.
Is de functie al geactiveerd en wordt er een tweede
■
vorm op de vrije kookzone geplaatst, dan blijft de
indicatie, net als daarvoor, zwak verlicht. De
kookzone is dan niet actief. De kookzone wordt pas
actief wanneer de eerste kookvorm verwijderd wordt.
Tips voor het gebruik van pannen
Om te zorgen voor een goede detectie en verdeling van
de warmte, wordt aanbevolen de pan correct te
centreren:
Gebruik slechts één pan die slechts een van de
kookzones bedekt.
De pan verplaatsen van de ene naar de andere
kookzone:
Š
.
‚