1
S t o o k l i j n c o m p e n .
U
2 . 5
Menu 2.5 Stooklijn compen.
Door een extern contact aan te sluiten (zie Elektrische
aansluiting - Externe contacten), bijvoorbeeld een
kamerthermostaat (accessoire) of een schakelklok,
kan de temperatuur in de ruimte tijdelijk of periodiek
worden verhoogd of verlaagd. Als het externe contact
is gesloten, wordt de verschuiving van de stooklijn
gewijzigd met het aantal gekozen stappen. De waarde
kan worden ingesteld tussen -10 en +10.
U
E i g e n s t o o k l i j n
2 . 6 . 0
Menu 2.6.0 Eigen stooklijn
Hier wordt een zelfgedefinieerde stooklijn gekozen.
Dit is een in delen lineaire curve met een knikpunt.
kiest een knikpunt en de bijbehorende temperaturen.
Let op! Voor het activeren moet Stooklijn in menu 2.1
zijn ingesteld op 0.
U
A a n v o e r t e m p b i j + 2 0 ° C
2 . 6 . 1
Menu 2.6.1 Aanvoertemp bij+20°C
Hier wordt de aanvoertemperatuur gekozen bij een
buitentemperatuur van +20 °C. De waarde kan wor-
den ingesteld tussen 0 en 60 °C.
U
A a n v o e r t e m p b i j - 2 0 ° C
2 . 6 . 2
Menu 2.6.2 Aanvoertemp bij-20°C
Hier wordt de aanvoertemperatuur gekozen bij een
buitentemperatuur van -20 °C. De waarde kan
worden ingesteld tussen 0 en 60 °C.
U
K n i k t e m p e r a t u u r
2 . 6 . 3
Menu 2.6.3 Knik temperatuur
Hier wordt gekozen bij welke buitentemperatuur het
knikpunt moet liggen. De waarde kan worden inge-
steld tussen -15 en +15 °C.
Bediening
Aanvoertemperatuur
1 5 ° C
3 5 ° C
0 ° C
FIGHTER 1220 PK
U
A a n v o e r t e m p b i j k n i k
2 . 6 . 4
Menu 2.6.4 Aanvoertemp bij knik
Hier wordt de gewenste aanvoertemperatuur gekozen
voor het knikpunt. De waarde kan worden ingesteld
tussen 0 en 60 °C.
T e r u g
2 . 6 . 5
Menu 2.6.5 Terug
Door op de enter-knop te drukken gaat u terug naar
menu 2.6.
2 5 , 0 ( 5 3 ) ° C
U
R e t o u r t e m p
2 . 7
Menu 2.7 Retourtemp / max
Hier wordt de gewenste maximale retourtemperatuur
gekozen voor de compressor.
De waarde kan worden ingesteld tussen 40 en 58 °C.
U
G r a a d m i n u t e n
2 . 8
Menu 2.8 Graadminuten
Actuele waarde van het aantal graadminuten. Deze
waarde kan worden gewijzigd om bijv. de start van de
warmteproductie te bespoedigen. De waarde kan wor-
den ingesteld tussen 100 en -800.
U
K o e l e n i n s t e l l i n g e n
2 . 9 . 0
Menu 2.9.0 Koelen instellingen
Hier worden instellingen voor het koelsysteem ver-
richt. Wordt alleen weergegeven als HPAC of PKM
zijn gekozen in menu 9.2.16. Verlaag de waarde in
menu 2.3 om de koelfunctie te laten functioneren.
U
K o e l c u r v e n r .
2 . 9 . 1
Menu 2.9.1 Koelcurve nr.
Hier wordt de geselecteerde stooklijn (helling) weer-
gegeven. De hellingswaarde kan worden ingesteld
tussen 1 en 3.
31
2 0 ° C
/ m a x
0
2