BE
1. INSTALLATIE
1.1 Plaats van installatie
Controleer dat de plaats waar men de installatie uitvoert en
het net waarop men het apparaat aansluit aan alle voorschrif-
ten voldoen. De interne eenheid moet in een aangepaste
ruimte worden geïnstalleerd, met inachtneming van de vol-
gende voorwaarden:
- degelijke luchtcirculatie;
- aangepaste afvoer;
- het lawaai van de interne eenheid mag andere personen
niet storen;
- stevige en stabiele structuur: de locatie mag niet onderhe-
vig zijn aan trillingen;
- de structuur moet het gewicht van de eenheid kunnen dragen;
- blijf op minstens 1 meter afstand van eventuele elektrische
apparaten (bv. televisie radio, computer).
De eenheid mag NIET op de volgende plaatsen worden ge-
installeerd:
- vlak bij eender welke bron van warmte, damp of brandbaar gas;
- vlak bij brandbare voorwerpen zoals gordijnen of kleding;
- in de buurt van obstakels die de luchtcirculatie zouden
kunnen blokkeren;
- in een ruimte met rechtstreeks invallend zonlicht.
De apparatuur moet worden geïnstalleerd in een goed ver-
luchte ruimte, waarvan de afmetingen overeenstemmen met
de omgeving.
VOOR MODELLEN MET KOELMIDDEL R32:
- De apparatuur moet worden geïnstalleerd in een
ruimte met een oppervlakte van meer dan 4 m².
- De apparatuur mag niet worden geïnstalleerd in een
niet-verluchte ruimte als de oppervlakte ervan minder
dan 4 m² is.
1.2 Minimumafstanden
Om het apparaat op de juiste manier te installeren, moet men
de minimale afstanden respecteren (zie afbeelding "A") en de
nodige ruimte vrijlaten voor de luchtcirculatie. Gebruik de bij-
geleverde toebehoren om de installatie op een professionele
manier uit te voeren.
OPMERKINGEN:
Aan het eind van de handleiding vindt u de afmetingen van de
interne en externe eenheid.
LET OP:
- Gereedschap en werktuig gebruiken dat voor dit ge-
bruik geschikt is.
- Bij het hijsen van voorwerpen met hijskranen of der-
gelijke moet men controleren dat deze laatste stabiel
staan opgesteld en in goede staat verkeren, gezien
het te verplaatsen gewicht en de noodzakelijke be-
wegingen. Tuig de lading op de juiste manier in de
banden, bevestig extra koorden om slingerbewegin-
gen te kunnen dempen, zorg dat men een goed uit-
zicht heeft over het gehele gebied van de beweging
en verbied dat iemand onder de lading loopt of staat.
124 /
>1m
Afb. "A"
300
600
>1m
>1m
>1m
300
600