3.6 Apparaat samenbouwen en veilig opstellen
3.6.1
3.6.1
3.6.2
3.6.2
3.6.3
3.6.3
20
Zorg ervoor dat de hogedrukpomp altijd op
een slipvaste ondergrond staat en dat de slan-
gen zo neergelegd worden dat ze niet bescha-
digd of afgeklemd kunnen worden. Voorts
moeten slangen zodanig worden gelegd dat
struikelen van personen uitgesloten is.
Let erop dat de pomp en de hydraulische
actuator in een werkomgeving worden ge-
bruikt die vrij is van verwarmingsbronnen
(max. 45 °C / 1 13 °F), evenals corrosieve vloei-
stoffen, vetten en oliën.
Controleer de stabiele stand van de pomp
voor elk gebruik van het apparaat.