3.
3 . 4 Gasaansluiting
D
e gasaansluiting vindt plaats aan de linker- of
rechterzijde, door de gasstraat om te draaien, en aan de
achterzijde van de ketel.
3 . 5 Aansluiting op de schoorsteen
D
e trekonderbreker omvat een verticale insteekbuis
waarin de rookgasleiding gestoken wordt waarvan de
afmetingen aangegeven zijn (zie hoofdstuk "algemene
eigenschappen").
Bij de berekening van de rookgasleiding moeten de geldende
regels in acht genomen worden.
Plaats de ketel zodanig in het ketelhuis dat de weg van de
rookgassen naar de schoorsteen zo kort mogelijk is. De
verticale doorsnede van de leiding boven de trekonderbreker
moet zo lang mogelijk zijn alvorens een bocht te plaatsen. De
gemeten trek (zie onderstaand schema) mag niet minder dan
0,8 mm CE en niet meer dan 3 mm CE bedragen (de ketel
moet werken).
De rookgasleiding moet stevig vastgezet worden en niet door
de ketel ondersteund worden. Het is aan te raden een
demonteerbare leiding te installeren.
min. 1 meter
aanbevolen
Aanbevolen installatieschema
Ø aansluiting
Øverzamelleiding
Ø aansluiting
Rekentabel rookgasleidingen voor aansluiting van twee
gelijke ketels
Aant.
Verm.
Verm.
elem.
in kW
in kW
1 ketel
2 ketels
9
132,5
265
10
149
298
11
166,6
333
12
182,2
364,4
13
198,7
397,4
14
215,3
430,6
15
231,8
463,6
16
248,4
496,8
17
265
530
18
281,5
563
20
314,6
629,2
22
347,8
695,6
9
Ø rookgasleiding
Ø verzamelleiding
1 m
Ø rookgasleiding
1 m
maten in mm
Ø
Ø
aansluiting
verzamelleid.
252
350
252
350
252
400
302
400
302
400
302
400
302
400
302
400
352
450
352
450
402
500
402
Réf. : CH - 1075 - A - 1
Ø
rook-
gasleiding
350
350
400
400
400
400
400
400
450
450
500
500