6. H
ermontage van het verwarmingslichaam
6 . 1 Assemblage van het verwarmingslichaam
de stookplaats te kunnen, de volgende richtlijnen opvolgen)
Dit is een eenvoudige operatie, indien men de hiernaast
aangegeven handelingen in de juiste volgorde uitvoert. Door
de handleiding van tevoren door te lezen, begrijpt u de
werkwijze.
- Er is geen speciaal gereedschap nodig, alleen een houten
hamer (gebruik geen normale hamer) en een winkelhaak,
voor het eenvoudiger plaatsen van de elementen.
- De elementen moeten schoon zijn en er mogen geen
producten op de afdichtvlakken die de EPDM-pakkingen
zouden kunnen beschadigen.
- U dient over een vlakke vloer te beschikken (zie § 3.1).
ASSEMBLAGE ZONDER DE PAKKINGGEN
Het verwarmingslichaam bestaat uit drie soorten elementen:
een element uiterst links (L), tussenelementen (M) en een
element uiterst rechts (R) (Fig. 1 en 7).
Schroef de tapeinden (kortste schroefdraad) in de gaten met
schroefdraad van alle gietijzeren elementen (Fig. 2).
Bevestig de aanvoercollector (D) op het element uiterst
rechts met behulp van één van de platen (A) (Fig. 3 en 4).
Bevestig op dezelfde wijze het element uiterst links (Fig. 5).
Plaats op de grond het element uiterst links of rechts aan de
vertrekzijde (in het voorbeeld links) op zijn definitieve
plaats en controleer of de 1e aansluiting goed in het midden
van de flens "A" is geplaatst (Fig. 5).
Het andere uiterste element wordt voorlopig weggeduwd
(~20mm) om het monteren van de tussenelementen te
vereenvoudigen (Fig. 4).
Lijm de afdichtsnoeren van glasvezel met behulp van de met
de ketel meegeleverde neopreenlijm vast in de voorste en
achterste groef op één zijde van ieder tussenelement. Ga op
dezelfde wijze te werk voor het element uiterst rechts (steekt
naar boven uit) (Fig. 6).
Plaats een tussenelement tegen het element uiterst links of
rechts aan de vertrekzijde en tegen de collector. Ga op
dezelfde wijze te werk voor alle tussenelementen (Fig. 7).
Réf. : CH - 1075 - A - 1
(ingeval van demontage in situ om in
A
L
Fig. 1
Fig. 2
Fig. 4
AR
AV
Fig. 6
24
D
D
C
Fig. 3
A
R
A
L
Fig. 5
M
L
Fig. 7
A
R
R
M