Inhoudsopgave
Advertenties
4.4.2
Stabilisatie van de hoogwerker
De hoogwerker heeft één enkel stabilisatiegebied, resultaat van de opening
van
de
voorste
en
achterste
blokkeringssysteem verzekert op eenduidige wijze het werkgebied.
IDe beweging van de stempelpoten mag alleen mogelijk zijn wanneer de
arm en de pantograaf op hun steunen rusten.. Dit wordt aangegeven door
de activering van het lampje 1 op het kastje op de toren (Afbeelding 4).
8. Ga naar de "bedieningspost van de stempelpoten" (Afbeelding 8);
9. Gebruik de "Bedieningspost stempelpoten" (Afbeelding 8) en laat de
voorste en achterste stempelpoten zakken met behulp van de
hendels 1, 2, 3, 4 (par. 3.2.2). De daling van de stempelpoten leidt
eerst tot het contact met de vier poten met de grond en vervolgens
tot de stijging van het onderstel. Ga verder met de volledige
stabilisatie van de hoogwerker.
Stabiliseer uitsluitend bij gesloten rupsbanden.
Het is van essentieel belang dat de handelingen voor stabilisatie
gelijktijdig met alle vier hendels wordt uitgevoerd. Nadat de
poten contact maken met de bodem kan verder worden gegaan
met afwisselende cycli, eerst op de twee voorste stempelpoten
en vervolgens op de twee achterste.
Controleer dat de maximale hellingswaarde voor stabilisatie niet
hoger is dan 8° (14%).
10. Controleer de nivellering van de machine aan de hand van de
waterpas op het onderstel: de maximale toelaatbare kanteling
van het onderstel is gelijk aan 1°.
11. Na het voltooien van de stabilisatie gaat het lampje 2 (Afbeelding 4)
branden om aan te geven dat toestemming wordt verleend voor de
manoeuvres van de bovenbouw van het platform.
MAN.161 Rev.7 FIA - Handleiding voor gebruik en onderhoud S15
stempelpoten.
Een
elektronisch
www.duma-rent.com
4.4.3
Montage en toegang tot de korf
12. Allereerst moet, na de uitschakeling van de machine, de korf
gemonteerd worden.
13. Plaats, na de koppeling van de korf, de stift aangegeven op
Afbeelding 16 in de splitpen.
Afbeelding 16: koppeling korf.
14. Voor het betreden van de korf moet de veiligheidsstang worden
opgetild en moet het trapje onder de korf gebruikt worden;
controleer dat de stang terugkeert naar de gesloten stand;
bevestig de veiligheidsgordel op de daarvoor bestemde
bevestigingspunten in de korf.
4.4.4
Nivellering van de korf
15. Controleer of het lampje 2 (Afbeelding 4) brandt en voer de
manoeuvre voor de nivellering van de korf uit met de hendel 1 van
de bedieningspost (voor werking) in de korf (Afbeelding 9).
23 van 71
pag.
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
