1 Aansluiten op binnenunit
Verbind zowel de vloeistof- als de gasleidingen met de binnenunit.
•
Breng een dunne laag koelolie J op het raakvlak van de leiding aan.
•
Breng voor het aansluiten eerst het midden in lijn en draai vervolgens de flensmoer 3
tot 4 slagen.
•
Gebruik het aanhaalkoppel dat in de onderstaande tabel is aangegeven ter referentie
voor het koppelstuk van de binnenunit en draai vast met behulp van twee sleutels.
Overmatig aandraaien beschadigt de afdichting.
Leidingdiameter
Aanhaalkoppel
mm
N·m
6,35
13,7 tot 17,7
12,7
49,0 tot 56,4
15,88
73,5 tot 78,4
2 Aansluiten op de buitenunit
Verbind leidingen met stopklep van leidingverbindingen van de binnenunit op dezelfde
wijze als bij het aansluiten op de binnenunit.
•
Gebruik een sleutel of spanner voor het vastzetten en gebruik hetzelfde aanhaal-
koppel als u bij het aansluiten op de binnenunit heeft gebruikt.
WAARSCHUWING
Als u het apparaat installeert, zet de koelmiddelleidingen dan stevig vast
voordat u de compressor start.
ISOLATIE EN TAPE
1 Bedek de leidingverbindingen met afdekkingen voor leidingen.
2 Leidingen buiten moeten goed en geheel, inclusief de kleppen, worden geïsoleerd.
3 Gebruik leidingtape G en wikkel het tape vanaf de ingang van de buitenunit.
•
Zet het eind van het leidingtape G met tape (voorzien van plakmiddel) vast.
•
Wanneer leidingen via het plafond, door een kast of andere plaatsen met hoge
temperaturen en vochtigheid worden geleid, moet u extra los verkrijgbare isolatie om
de leidingen wikkelen, zodat condensvorming geen probleem zal zijn.
6-4 ONTLUCHTEN EN TESTEN OP LEKKEN
ONTLUCHTINGSPROCEDURES
Sluit de koelleidingen (zowel de vloeistof- als gasleidingen) tussen de binnen- en
buitenunit aan.
Verwijder de onderhoudsopeningdop van de stopklep aan de zijde van de
gasleiding van de buitenunit. (De stopklep werkt niet in de originele stand, zoals bij
het verlaten van de fabriek ingesteld (geheel gesloten met dop aangebracht).)
Sluit de meter spruitstukklep en de vacuümpomp op de onderhoudsopening van de
stopklep aan de zijde met de vloeistofleiding aan de buitenunit aan.
Start de vacuümpomp. (Trek vacuüm gedurende meer dan 15 minuten.)
Controleer het vacuüm met de meter spruitstukklep. Sluit vervolgens de meter
spruitstukklep en stop de vacuümpomp.
Wacht één of twee minuten. Controleer of de wijzer van de meter spruitstukklep in
dezelfde stand blijft. Controleer of de drukmeter –0,101 MPa [Meter] (–760 mmHg) toont.
*Sluiten
Stopklep
*Openen
Zeshoekige sleutel
Onderhoudsin-
gang
*4 tot 5 slagen
Verwijder de meter spruitstukklep snel van de onderhoudsopening van de stopklep.
Nadat de koelstofpijpen zijn aangesloten en ontlucht, dient u alle afsluiters aan
beide kanten van de gaspijp en vloeistofpijp volledig te openen.
Bediening zonder geheel openen verlaagt de prestaties van de airconditioner en
veroorzaakt problemen.
Leidinglengte maximaal 7 meter.
Geen extra gas vereist.
Draai de dop van de onderhoudsopening weer vast tot de originele stand.
kgf·cm
140 tot 180
500 tot 575
750 tot 800
Compounddrukmeter
-0,101 MPa
Stopklep
(R410A)
(-760 mmHg)
Drukmeter (R410A)
Inlaatklep
drukmeter
(R410A)
Hendel Ho
Hendel
Aanvoerslang
La
(R410A)
Stopklep
(of de
Vakuüm-
pomp
vacuümpomp met
Venstertje
terugstroom-
Adapter ter
preventie)
Aanvoerslang
voorkoming van
(R410A)
terugstromen
Leidinglengte meer dan 7 meter.
Extra gas zoals vermeld vereist.
(zie 3)
Draai de dop weer vast.
Test op lekken.
Dop van de onderhoudsopening
Dop van stopklep
6-5 TESTEN
MS TYPE
•
Controleer nogmaals de bedrading alvorens de werking te testen.
Een foute bedrading belemmert een juiste werking van de airconditioner of veroorzaakt
doorgebrande zekeringen waardoor de airconditioner in het geheel niet werkt.
•
Druk op de EMERGENCY OPERATION schakelaar om de werking te testen. Nadat u
eenmaal op de EMERGENCY OPERATION schakelaar heeft gedrukt, begint de
airconditioner de werking te testen door 30 minuten continu in bedrijf te zijn. De
thermostaat werkt gedurende deze periode niet. Na 30 minuten start de airconditioner
EMERGENCY OPERATION (noodwerking) met een vastgestelde temperatuur van
24°C in de koelstand.
•
Voer de test middels de volgende handelingen uit.
PROCEDURE
•
Druk op de EMERGENCY OPERATION schakelaar.
1 Druk eenmaal, en na een zelftest van 30 minuten start de EMERGENCY COOL
functie.
2 Druk nogmaals en de werking stopt.
(De functie schakelt met iedere druk op de EMERGENCY OPERATION schakelaar
tussen 1 en 2.)
Functie
Indicator
KOELEN
1
(COOL)
(Licht op)
(Uit)
2 STOP
(Uit)
(Uit)
MSH TYPE
•
Controleer of alle aansluitingen en verbindingen juist zijn alvorens te testen.
Verkeerde aansluiting van de bedrading veroorzaakt een onjuiste werking of een
doorgebrande zekering, waardoor de werking onmogelijk wordt.
•
Druk op de EMERGENCY OPERATION schakelaar om de werking te testen. Nadat u
eenmaal op de EMERGENCY OPERATION schakelaar heeft gedrukt, begint de
airconditioner de werking te testen door 30 minuten continu in bedrijf te zijn. De
thermostaat werkt gedurende deze periode niet. Na 30 minuten start de airconditioner
EMERGENCY OPERATION (noodwerking) met een vastgestelde temperatuur van
24°C in zowel de koel- en verwarmstand van de airconditioner.
•
Voer de test middels de volgende handelingen uit.
PROCEDURE
•
Druk op de EMERGENCY OPERATION schakelaar.
1 Druk eenmaal, en na een zelftest van 30 minuten start de EMERGENCY COOL functie.
Inspecteer de aansluitingen van de verbindingskabel tussen binnen- en buitenunit
A, wanneer het linkerlampje van de bedieningsindicator elke 0,5 seconde knippert.
2 Door nogmaals te drukken wordt de verwarmfunctie (EMERGENCY HEAT MODE) geacti-
veerd.
3 Druk nogmaals om de werking te stoppen.
(Door herhaaldelijk op de EMERGENCY OPERATION schakelaar te drukken, wordt
afwisselend 1, 2 en 3 uitgevoerd.)
Functie
Indicator
KOELEN
1
(COOL)
(Licht op)
(Uit)
VERWARMEN
2
(HEAT)
(Uit)
(Licht op)
3 STOP
(Uit)
(Uit)
•
Bij het starten van de verwarmingsstand, is het mogelijk dat de ventilator van het
binnenapparaat niet werkt om te voorkomen dat er koele lucht wordt geblazen.
Wacht gedurende enkele minuten totdat de temperatuur van de warmtewisselaar is
gestegen en er warme lucht wordt geblazen.
Aanhaalkoppel
N·m
kgf·cm
13,7 tot 17,7
140 tot 180
19,6 tot 29,4
200 tot 300
EMERGENCY
OPERATION
schakelaar
EMERGENCY
OPERATION
schakelaar