Voorbereidingen
Stap 2: De videopreferenties
instellen
BELANGRIJK!
– Zorg ervoor dat alle vereiste
aansluitingen gemaakt zijn. (Zie
Aansluitingen – Aansluiten van een tv)
Zet de tv aan en kies het juiste video-
ingangskanaal.
➜
U kunt ook naar kanaal 1 op uw tv gaan en
vervolgens herhaaldelijk op de toets Volgend
kanaal drukken tot u het video-ingangskanaal ziet.
➜
Het kan ook zijn dat de afstandsbediening van
de tv een toets of schakelaar heeft waarmee u
de verschillende videokanalen kunt kiezen.
1
In stopmodus of tijdens weergave, druk op
SYSTEM MENU.
2
Druk op 22/33/5/4 op de afstandsbediening
om tussen de functies te schakelen en uw
gewenste keuze te selecteren.
➜
Ga naar SYSTEM SETUP en druk op 4.
➜
Ga naar een van de volgende en druk op
33.
–
Het TV SYSTEM (TV SYSTEEM)
instellen
Hiermee kunt u het kleursysteem kiezen dat
overeenkomt met de aangesloten TV.
NTSC
– Kies deze instelling als het systeem van de
aangesloten TV NTSC is. Het videosignaal van
een PAL-disk wordt omgezet in NTSC-formaat.
154
PAL
– Kies deze instelling als het systeem van de
aangesloten TV PAL is. Het videosignaal van een
NTSC-disk wordt omgezet in PAL-formaat.
AUTO
– Kies deze instelling als het systeem van de
aangesloten TV een multisysteem is. Het
formaat wordt aangepast aan het videosignaal
van de disk.
–
TV TYPE instellen
Kies de beeldverhouding van de TV die u
aansluit.
4:3 PS (panscan)
– Heeft u een gewone TV en is uw dvd niet
geformatteerd voor breedbeeldweergave,
gebruik dan deze instelling. Een breed beeld vult
het hele scherm waarbij automatisch een deel
afgesneden wordt.
4:3 LB (Letter Box)
– Heeft u een gewone TV en is uw dvd
geformatteerd voor breedbeeldweergave,
gebruik dan deze instelling. Er verschijnt een
breed beeld met zwarte balken boven- en
onderaan in het TV-scherm.
16:9 (Breitbildschirm)
– Heeft u een breedbeeld-TV, gebruik dan deze
instelling (u moet ook uw breedbeeld-TV op
"volledige grootte" instellen).