Basisfuncties
In deze sectie vindt u uitleg van de basisfuncties
van het toestel.
FUNCTION
M/m/ENTER
BACK
Toestel inschakelen
1
Sluit het netsnoer aan op een
stopcontact.
Wanneer u het netsnoer op een stopcontact
aansluit, schakelt het toestel eenmaal in en
gaat de aan/stand-by-aanduiding groen
branden. Na enige tijd schakelt het toestel
automatisch uit en wordt de aan/stand-by-
aanduiding rood.
2
Druk op ?/1 (aan/uit).
Het toestel gaat aan en de aan/stand-by-
aanduiding wordt groen.
Wanneer het toestel voor het eerst na
aanschaf wordt ingeschakeld, moet u de
beginwaarden instellen. Zie in dat geval
"Begininstellingen uitvoeren" (pagina 20).
16
NL
Toestel uitschakelen
Druk op de afstandsbediening of het hoofdtoestel
op ?/1. Als het toestel wordt uitgeschakeld en in
stand-by-stand gaat, wijzigt de kleur van de aan/
stand-by-aanduiding.
?/1
Het toestel heeft twee stand-by-standen, network
standby - off (netwerk stand-by - uit) en network
standby - on (netwerk stand-by - aan). Zie voor
meer informatie "Netwerk stand-by-stand
instellen" (pagina 17).
•
Network standby - off stand
SETTINGS
(fabrieksinstelling)
In deze stand-by-stand wordt minder stroom
OPTIONS
verbruikt dan in de stand network standby - on,
al duurt het wel langer voordat het toestel de
activiteiten weer hervat nadat het opnieuw is
ingeschakeld. De aan/stand-by-aanduiding
brandt rood in deze stand.
•
Network standby - on stand
In deze stand-by-stand is het toestel altijd op het
netwerk aangesloten en blijft gedeeltelijk actief
om de activiteiten snel weer te kunnen hervatten
indien aangestuurd via het netwerk, of opnieuw
ingeschakeld. In deze stand brandt de aan/stand-
by-aanduiding oranje en wordt de klok op het
scherm weergegeven. Om de netwerk stand-by-
stand in te stellen, zie "Netwerk stand-by-stand
instellen" (pagina 17).