Belichtingscompensatie (Helderheid
aanpassen)
U kunt de algemene helderheid van het beeld aanpassen.
1
Druk op K (o) van de multi-
selector.
2
Selecteer een correctiewaarde en
druk op de k-knop.
Om het beeld helderder te maken, stelt u een
positieve (+) waarde in.
Om het beeld donkerder te maken, stelt u een
negatieve (–) waarde in.
De correctiewaarde wordt toegepast, ook
zonder de k-knop in te drukken.
Wanneer de opnamestand slim portret is, wordt het scherm glamour-retouchering
weergegeven in plaats van het belichtingscorrectiescherm (A28).
Wanneer de opnamestand A (auto) is, wordt de creatieve instelknop
weergegeven in plaats van het belichtingscorrectiescherm (A31).
C
Waarde voor belichtingscorrectie
De instelling is mogelijk niet beschikbaar in bepaalde opnamestanden (A37).
Als de instelling wordt gebruikt in de stand A (auto), blijft deze opgeslagen in het
geheugen van de camera, zelfs als de camera uitgezet is.
36
Belichtingscompensatie