Beoogd doel:
Het scharniersysteem is ontworpen voor gebruik bij quadriceps-insufficiëntie alsook gedeeltelijk of volledige uitval
van de kniestrekfunctie. Een andere toepassing is niet toegestaan.
Het gebruik van beide scharnieren (SPL en SPC) en de satelliet in een orthese is absoluut noodzakelijk voor een
correcte werking. Dit scharniersysteem kan alléén ingezet worden bij een ondersteunende orthese en niet bij een
ontlastende orthese. Een niet-nakoming van dit voorschrift sluit alle aansprakelijkheid uit.
Indicaties
Uitval of gedeeltelijke uitval van de
quadricepmuscalatuur als gevolg van:
MS of vergelijkbare ziekte
CVA (apoplexie)
Perifere parese / paralyse
Myopathiën
Zenuwontstekingen
Neurologische uitvallen
Ziekte of operatie aan tussenwervelschijf /
wervelkolom (b.v. na een CA)
Post polio
Werking:
Technische kenmerken SPL
De techniek van het SPL-scharnier (Swing Phase Lock) ofwel zwaaifase vergrendeling, berust op de herkenning
van de hoek naar de middenloodlijn. Dit betekent een van het hielcontact onafhankelijke vergrendelingfunctie. Het
scharnier neemt derhalve gedeeltelijk de werking van de kniestrekker over. Het scharnier stabiliseert / vergrendelt
bij volledige extensie vóór hielcontact en maakt een vrije beweging mogelijk tijdens het doorzwaaien van het
onderbeen (zwaaifase).
Voor een betrouwbare ver- en ontgrendeling van het scharnier is het een vereiste dat de orthese aan het eind van
de zwaaifase een volledige extensie bereikt. Uitsluitend in dat geval is het mogelijk dat het ver-ontgrendeling
mechanisme in werking treed.
Het scharnier kan bij een belasting in de flexierichting niet ontgrendelen. Doordat de blokkeerstaaf in de
vergrendelnok klemt, is het uitgesloten dat het scharnier in flexie gaat voordat de patiënt in een veilige stand staat.
Daarom is een knie-extenderend moment aan het einde van de zwaaifase nodig Orthese met een Tuberzit of
soortgelijke ontlastingsorthesen belemmeren de mogelijkheid van een knie-extenderend moment aan het
einde van de zwaaifase en zijn daarom niet geschikt voor dit systeem.
Door de onafhankelijkheid van de vergrendeling ten opzichte van de stand van het voetscharnier en / of de
bodemgesteldheid kan het scharnier in verschillende orthesen worden toegepast, zoals volledige beenorthesen
met heupscharnier, met en zonder enkelscharnier of bij knie-orthesen.
Het SPL-scharnier is uitsluitend bestemd voor laterale montage en is geschikt voor een aansluiting op 20 mm
systeemstangen. Het SPL scharnier heeft een gewicht van 340 gram.
Technische kenmerken SPC
De techniek van het SPC (Swing Phase Control) ofwel zwaaifase controle maakt het regelen / beïnvloeden van de
zwaaifase mogelijk om een overmatige flexie van de knie te voorkomen. Hierdoor wordt het moment tot volledige
extensie verkort. De mate van beïnvloeding is licht variabel. Het SPC-scharnier is uitsluitend bestemd voor de
montage aan de mediale zijde en is geschikt voor een aansluiting op 20 mm systeemstangen.Het SPC scharnier
heeft een gewicht van 190 gram.
Technische kenmerken satelliet
Het SPL-scharnier kan met de satelliet handmatig worden bediend. De clipfunctie maakt een eenvoudige bediening
mogelijk door de vrije positionering, bijv. aan de contralaterale zijde bij hemiplegie (halfzijdige verlamming) van de
patiënt. Directe bevestiging aan de orthese is ook mogelijk middels de bijgeleverde orthese bevestigingsadapter.
Gebruiksaanwijzing SPL, SPC en Satelliet
Contra-indicaties
Flexiecontracturen groter dan 10º of spasmen
Centrale parese / paralyse
Heupcontracturen
Indien
het
been
(ontlastingsorthese)
Belangrijk:
De patiënt dient uitvoerig over de functie en de mogelijkheden
van het scharnier geïnformeerd te worden.
niet
volledig
belastbaar
is
3