44 | Inbedrijfname
9.7
Warmwatertemperatuur instellen
Kies de warmwatertemperatuur altijd zo laag mogelijk.
Een lage instelling op de warmwatertemperatuurrege-
laar
betekent veel energiebesparing.
Bovendien hebben hoge warmwatertemperaturen meer
verkalking tot gevolg waardoor het goed functioneren
van het toestel nadelig wordt beïnvloed (bijv. langere op-
warmtijden of minder capaciteit).
WAARSCHUWING: Verbrandingsgevaar!
B Temperatuur in normaal bedrijf niet ho-
ger dan 60 °C instellen.
B Warmwatertemperatuur op de warmwater-tempera-
tuurregelaar
instellen.
In het display knippert de ingestelde warmwater tem-
peratuur voor ongeveer 30 seconden.
3
4
2
5
1
6
max
Fig. 64
Warmwater-tempera-
tuurregelaar
min
e
max
Tabel 14
Water met een totale hardheid meer dan 15 °dH (hard-
heidsklasse III)
Om verhoogde verkalking te voorkomen:
B stel de warmwatertemperatuur lager dan 55 °C in.
6 720 646 900 (2010/11)
reset
eco
4
3
e
2
1
6
max
6 720 614 156-10.1O
Warmwatertemperatuur
ca. 5 °C (vorstbescherming)
ca. 55 °C
ca. 70 °C
9.8
Comfortbedrijf instellen
Basisinstelling is de spaarfunctie, de eco-toets brand.
Door het indrukken van de eco-toets, kan worden geko-
zen tussen Spaarfunctie en Comfortbedrijf.
Spaarfunctie
•
In spaarfunctie wordt alleen het bovenste deel van de
boiler bijgeladen, wanneer een grotere tapwaterhoe-
veelheid is afgenomen.
Door het minder vaak laden van de boiler en het lage-
re boileraandeel wordt energie bespaard.
• Comforbedrijf
In comfortbedrijf wordt de gehele boiler permanent
op de ingestelde temperatuur gehouden. Daardoor
wordt een maximaal tapwatercomfort gewaarborgd.
9.9
Zomerbedrijf instellen
De verwarmingspomp stopt en daarmee is de verwar-
ming buiten werking. De warmwatervoorziening even-
als de verzorging van de spanning voor de
verwarmingsregelaar en schakelklok blijft gehand-
haafd.
OPMERKING: Gevaar voor bevriezing van de
verwarmingsinstallatie. In zomerbedrijf is al-
elen toestelvorstbeveiliging aanwezig.
B bij vorstgevaar de vorstbeveiliging waar-
borgen (
pagina 45).
B Stand van de aanvoertemperatuurregelaar
ren.
B Aanvoertemperatuurregelaar
draaien.
3
5
2
1
6
max
Fig. 65
Voor verdere aanwijzingen raadpleeg het bedienings-
voorschrift van de verwarmingsregelaar.
NL
note-
geheel naar links
eco
3
4
e
2
6
1
min
max
6 720 615 065-13.1O
Copyright (optional information)