Voorpaneel
38
28. [CHORD REF.] knop:
Zet de akkoordreferentiefunctie
aan of uit.
In de Mix modus, de KICK track
muten of unmuten tijdens het
afspelen.
29. [SD-KAART] knop:
Ga naar het SD-kaart menu.
In Mix modus, dempen of
ontdempen van SNARE track
tijdens afspelen.
30. Knop [MIXER]:
Ga naar het Mixer-menu.
In de Mix modus, dempen of
verwijderen van de DRUMS track
tijdens het afspelen.
Touch Pad
Het touchpad regelt standaard de vibratodiepte en -snelheid als er geen effect-LED brandt.
Druk herhaaldelijk op de [EFFECT] knop om door de verschillende sets van effecten te bladeren. Wanneer u een van de 2-5
sets selecteert, gaat de bijbehorende effect-LED aan.
Nadat u een reeks effecten hebt geselecteerd, gebruikt u het touchpad om deze effecten in real time te regelen.
Ne
X-as
e.
1
Vibratosnelheid
2
LPF
HPF
3
4
Reverb
5
Release
31. [Knop:
Zet de metronoom aan of uit.
In de Mix modus, dempen of
ontdempen van de BASS
track tijdens het afspelen.
32. [DEMO] knop:
Ga naar de demomodus.
In de Mix modus, dempen of
verwijderen van het SYNTH1
spoor tijdens het afspelen.
33. [FUNCTIE] knop:
Ga naar het functiemenu.
In de Mix modus, dempen of
verwijderen van het SYNTH2
spoor tijdens het afspelen.
Doel
Y-as
Vibrato Diepte
Wereldwijd
Resonantie (LPF) Wereldwijd
Wereldwijd
Resonantie (HPF) Wereldwijd
Wereldwijd
Vertraging
Kanaal
Sidechain Comp
Paneel & Display Beschrijving
36
37
Doel
Kanaal
Kanaal
34
35
28 29 30 31 32 33
34. [<] / [>], Numerieke knoppen:
Selecteer een waarde of pas een
parameter aan. Druk tegelijkertijd op
[<] en [>] om de huidige parameter
terug
te
stellen
standaardinstelling.
35. Data Dial:
Selecteer een waarde of pas een parameter
aan.
36. Ingebouwde microfoon:
Gebruikersgeluid opnemen wanneer
de sampler is ingeschakeld.
37. LCD:
Toont
instellingsinformatie
instrument.
38. Pitch Bend Wheel:
Rol het om het pitch-bending effect toe te
passen.
op
de
belangrijke
van
het
05