6 Voorbereiding
Er wordt geadviseerd een stootplaat te monteren wanneer de
luchtuitlaat aan wind blootgesteld is.
Installeer bij voorkeur de buitenunit met de luchtinlaat naar de muur
gericht en NIET rechtstreeks aan wind blootgesteld.
b
a
Geleideplaat
b
Belangrijkste windrichting
c
Luchtuitlaat
Installeer de unit NIET in een van de volgende plaatsen:
▪ Geluidsgevoelige zones (zoals naast een slaapkamer), zodat het
geproduceerd geluid in bedrijf geen overlast veroorzaakt.
Opmerking: Als het geproduceerd geluid in reële omstandigheden
wordt
gemeten,
kan
de
omgevingsgeluiden en geluidsreflecties groter zijn dan het in de
specificaties onder Geluidspectrum vermeld geluidsdrukniveau.
▪ Plaatsen met nevels van mineraalolie, oliespray of dampen in de
lucht. Plastic onderdelen kunnen worden aangetast en van het
toestel vallen of waterlekken veroorzaken.
Het is NIET aangewezen de unit op de volgende plaatsen te
installeren, omdat deze plaatsen de levensduur van de unit kunnen
verkorten:
▪ Waar de spanning veel schommelt
▪ In voertuigen of schepen
▪ In de aanwezigheid van zuur- of alkalinedampen
Installatie aan de kust. Zorg ervoor dat de buitenunit NIET
rechtstreeks aan zeewind wordt blootgesteld. Dit om corrosie door
het hoge zoutgehalte van de lucht te voorkomen (kan de levensduur
van de unit verkorten).
Installeer de buitenunit uit rechtstreekse zeewind.
Voorbeeld: Achter het gebouw.
a
Uitgebreide handleiding voor de installateur
18
b
a
gemeten
waarde
omwille
van
b
c
Installeer een afscherming tegen de wind als de buitenunit aan
rechtstreekse zeewind wordt blootgesteld.
▪ Hoogte van afscherming tegen wind≥1,5×hoogte van buitenunit
▪ Let bij de installatie van de afscherming tegen de wind op de
vereisten inzake de serviceruimte.
a
d
c
a
Zeewind
b
Gebouw
c
Buitenunit
d
Afscherming tegen wind
De buitenunit is ontworpen om alleen buiten geïnstalleerd te worden
en bij de volgende omgevingstemperaturen:
Stand Koeling
Stand Verwarming
6.2.2
Bijkomende vereisten inzake de
installatieplaats van de buitenunit in
koude klimaten
In streken waar de omgevingstemperaturen laag kunnen zijn en de
vochtigheid groot of in streken met hevige sneeuwval, verwijder het
aanzuigrooster. om ervoor te zorgen dat de unit goed blijft werken.
Deze streken zijn (zonder zich eraan te beperken): Oostenrijk,
Tsjechië, Denemarken, Estland, Finland; Duitsland, Hongarije,
Letland, Litouwen, Noorwegen, Polen, Roemenië, Servië, Slovakije,
Zweden, enz.
1 Verwijder de schroeven waarmee het aanzuigrooster is
vastgemaakt.
2 Verwijder het aanzuigrooster en gooi het weg.
3 Bevestig de schroeven opnieuw aan de unit.
4×
1
3
2
a
Aanzuigrooster
Bescherm de buitenunit tegen directe sneeuwval en zorg ervoor dat
de buitenunit NOOIT ingesneeuwd raakt.
ERGA04~08DAV3(A) + EHVZ04+08S18+23DA +
d
c
b
10~43°C
–25~25°C
a
EHVZ04+08S18+23DJ
Daikin Altherma 3 R F
4P495249-1B – 2019.06