Inhoudsopgave
Advertenties
Prestatieschema's
Prestatieschema's
Prestatieschema's
Prestatieschema's
Testomstandigheden:
Testomstandigheden: De pomp is getest met water
Testomstandigheden:
bij ondergedompelde inlaat. De luchtdruk werd
ingesteld op 6,9 bar (100 psi).
Hoe
Hoe u u u de
Hoe
de grafieken
de
grafieken
grafieken gebruikt
gebruikt
gebruikt
1. Kies een debiet en uitlaatdruk onder de
vermogenslimiet. Door buiten dat gebied te
gaan, wordt de levensduur van de pomp verkort.
Pompen met
met een
een overbrengingsverhouding
Pompen
Pompen
met
een
compressor (04),
(04), (05)
compressor
compressor
(04),
Uitlaatdruk
Uitlaatdruk
Uitlaatdruk
psi
psi
psi
(bar, MPa)
MPa)
(bar,
(bar,
MPa)
26
overbrengingsverhouding op
overbrengingsverhouding
(05) of of of (06)
(06)
(05)
(06)
Frequentie in in in Hz
Frequentie
Frequentie
10
20
(27)
(53)
100
(6.9, 0.69)
90
(6.2, 0.62)
80
(5.5, 0.55)
70
(4.8, 0.48)
60
(4.1, 0.41)
50
(3.5, 0.35)
40
(2.8, 0.28)
30
(2.1, 0.21)
20
(1.4, 0.14)
10
(0.7, 0.07)
0
0
20
(76)
2. Stel de VFD-frequentie in overeenkomstig het
gewenste debiet. Het debiet neemt toe met een
uitlaatdruk lager dan 0,7 bar (10 psi) en met een
hoge inlaatdruk.
op hoge
hoge snelheid
op
hoge
Hz (pompsnelheid
(pompsnelheid in in in cycli
Hz
(pompsnelheid
30
40
50
60
70
(80)
(106)
(133)
(160)
(186)
(212)
40
60
(151)
(227)
(303)
Vloeistofdebiet
Vloeistofdebiet
Vloeistofdebiet - - - g/min
g/min (l/min)
g/min
snelheid met
met tandwielmotor
tandwielmotor en
snelheid
met
tandwielmotor
cycli per
per minuut)
minuut)
cycli
per
minuut)
80
90
(238)
80
100
120
(379)
(454)
(l/min)
(l/min)
en
en
140
(530)
3A5326C
Advertenties
Inhoudsopgave
