N
GARDENA Dompelpomp 5000 S
Welkom in de GARDENA tuin ....
Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door en houdt u aan de
aanwijzingen. Maakt u aan de hand van deze gebruiksaanwijzing
vertrouwd met de dompelpomp, het juiste gebruik en de veilig-
heidsaanwijzingen.
Uit veiligheidsoverwegingen mogen personen jonger dan 16 jaar
evenals personen die niet bekend zijn met deze gebruiksaan-
wijzing geen gebruik maken van deze dompelpomp.
v Bewaar deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig.
Inhoudsopgave
2. Voor u veiligheid
7. Buitengebruikstelling
1. Inzetgebied van uw GARDENA dompelpomp
Beoogd gebruik
De GARDENA dompelpompen zijn geschikt voor privé gebruik
rondom huis en tuin. Ze kunnen gebruikt worden voor het ont-
wateren bij overstromingen, voor het rond- en leegpompen van
reservoirs, voor het afnemen van water uit bronnen en schachten,
voor het leegpompen van boten en jachten evenals voor de tijde-
lijke waterverversing en -circulatie.
Tot doorvoermedium van de GARDENA dompelpomp behoren
Doorvoermedium
schoon tot licht vervuild water (max. korreldiameter 5 mm), zwem-
badwater (uitgaande van de voor het gebruik geschikte dosering
van toevoegsels) en waswater.
De pomp kan volledig ondergedompeld worden (waterdicht afge-
sloten) en kan tot 9 m in het te pompen medium gedompeld
worden.
De GARDENA dompelpompen zijn niet voor langdurig ge-
Let op
bruik (bijv. permanente circulatiemodus) in de vijver ge-
schikt ; de levensduur van de pompen wordt bij dergelijk
gebruik aanzienlijk verkort.
De volgende stoffen mogen niet verpompt worden : bijtende,
licht ontvlambare of explosieve stoffen (bijv. benzine, petro-
leum, nitroverdunning), vetten, olie, zout water en afvalwater
uit toiletten en urinoirs. De temperatuur van de doorvoer-
vloeistof mag niet hoger zijn dan 35 °C.
26
. . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
2. Voor uw veiligheid
Beschermschakelaar
Netaansluiting
26
27
28
29
30
30
31
31
32
Visuele controle
Handmatig gebruik
Gebruikstips
Volgens DIN VDE 0100 mogen dompelpompen in zwembaden,
tuinvijvers en fonteinen alleen via een aardlekschakelaar
(Fl-schakelaar) met een nominale stroom ≤ 30 mA gebruikt
worden. Als zich personen in het zwembad of tuinvijver be-
vinden mag de pomp niet gebruikt worden.
Uit veiligheidsoverwegingen raden wij altijd aan de dompelpomp
via een aardlekschakelaar te gebruiken (DIN VDE 0100-702
en 0100-738).
v Neem s.v.p. contact op met uw elektrospeciaalzaak.
Netaansluitingssnoeren mogen volgens DIN VDE 0620 geen
kleinere diameter hebben dan rubbersnoeren met het kenmerk
H05 RNF. De capaciteitslengte moet 10 m bedragen.
Aanduidingen op het typeplaatje moeten overeenkomen met
de gegevens van het stroomnet.
v Overtuig uzelf ervan dat de elektrische steekverbindingen
niet met water in aanraking kunnen komen.
Stekker en aansluitkabel tegen, hitte, olie en scherpe randen
beschermen.
v Trek de stekker niet aan de kabel, maar aan de stekker uit
het stopcontact.
Pomp niet aan de aansluitkabel of vlotterschakelaar dragen
of ophangen. Voor het onderdompelen resp. omhoog halen en
vastzetten van de pomp moet een koord aan de draaggreep
van de pomp bevestigd worden.
Verlengsnoeren moeten voldoen aan DIN VDE 0620.
v De pomp (in het bijzonder stroomkabel en stekker) voor
iedere gebruik controleren.
v Houd de minimale waterstand en maximale doorvoerhoogte
in de gaten conform de pompgegevens (zie 8. Technische
gegevens).
Een beschadigde pomp mag niet gebruikt worden.
v Bij schade, pomp altijd door GARDENA technische dienst
of de bevoegde vakman laten controleren.
Bij handmatig gebruik moet de pomp direct uitgeschakeld wor-
den als geen vloeistof meer wordt gepompt.
v Pomp bij handmatig gebruik voortdurend in de gaten houden.
v Voor ingebruikneming drukleiding vrijmaken.
Drooglopen leidt tot verhoogde slijtage en dient te worden voor-
komen. Bij handmatig gebruik moet de pomp na het uitblijven
van de doorvoervloeistof direct uitgeschakeld worden.
Pomp niet langer dan 10 minuten tegen gesloten drukzijde
laten lopen.
Zand en andere schurende stoffen in de doorvoervloeistof
leiden tot snellere slijtage en capaciteitsvermindering van de
pomp.
De pomp moet zo geplaatst worden dat de inloopopeningen
op de zuigvoet niet door vervuiling helemaal of gedeeltelijk
geblokkeerd worden.
N
27