Overige Externe Componenten
Overige Externe Componenten
Gebruik van een externe navigatie-eenheid
(Alleen voor de DDX4018DAB/DDX4018BT)
U kunt een externe navigatie-eenheid
(KNA-610 of KNA-G620T: los verkrijgbaar) met de
NAV-ingangsaansluiting verbinden zodat u het
navigatiescherm kunt bekijken. (Pagina 46)
• De navigatiebegeleiding wordt via de
voorluidsprekers weergegeven, ook wanneer u naar
een audiobron luistert.
Tonen van het navigatiescherm
• Zie pagina 37 voor instellingen voor gebruik van een
navigatiesysteem.
Kies "NAV" als bron.
Tik als volgt in het startscherm:
• Met het navigatiescherm getoond, werkt het
aanraakpaneel alleen voor de navigatiefunctie.
• De aspectratio van het navigatiescherm is
vastgesteld op <FULL> en de instelling bij <Aspect>
heeft geen effect hierop. (Pagina12).
Bij ontvangst van een gesprek tijdens
navigatiebegeleiding
Er wordt automatisch van scherm veranderd. Tik op
[
] om naar het navigatiescherm terug te keren.
Annuleren van het navigatiescherm
Op het onderliggende snelkoppelingsmenu (Pagina 4),
tik op [Current Source].
26
NEDERLANDS
Bluetooth®
Bluetooth®
Informatie
Bluetooth is een short-range draadloze
communicatietechnologie voor mobiele apparatuur,
bijvoorbeeld mobiele telefoons, draagbare PC's en
andere dergelijke toestellen.
Bluetooth apparatuur kan zonder gebruik van kabels
worden verbonden en onderling met elkaar communiceren.
Opmerking
• Voer tijdens het besturen van de auto geen
ingewikkelde bedieningen uit, bijvoorbeeld het
bellen van nummers, gebruik van het telefoonboek,
etc. Parkeer de auto op een veilige plaats alvorens
dergelijke bedieningen uit te voeren.
• Bepaalde Bluetooth apparatuur kan vanwege de
Bluetooth versie van die apparatuur mogelijk niet
met dit toestel worden verbonden.
• Dit toestel werkt mogelijk niet met bepaalde
Bluetooth apparatuur.
• De verbindingsconditie varieert mogelijk vanwege
de omgevingsomstandigheden.
• Met bepaalde Bluetooth apparaten wordt het apparaat
ontkoppeld wanneer u dit toestel uitschakelt.
• Indien uw mobiele telefoon PBAP (PhoneBook
Access Profile) ondersteunt, kunt u de volgende
onderdelen op het aanraakpaneel tonen wanneer de
mobiele telefoon is aangesloten.
– Telefoonboek
– Gebelde nummers, ontvangen gesprekken en
gemiste gesprekken (in totaal maximaal 10 gegevens)
Voorbereiding
Installeer en sluit de microfoon vooraf aan. Zie
pagina 45 voor meer informatie.
Verbinden
Nadat u voor het eerst een Bluetooth apparaat op dit
toestel heeft aangesloten:
1 Registreer het apparaat door het systeem en het
apparaat te koppelen.
2 Sluit het apparaat aan op het systeem. (Pagina 27)
Registreren van een nieuw Bluetooth
apparaat
Door te koppelen, kan Bluetooth apparatuur met
elkaar communiceren.
• De koppelingsmethode is verschillend afhankelijk
van de Bluetooth versie van het apparaat.
– Voor een apparaat met Bluetooth 2.1:
U kunt het apparaat en het toestel koppelen met
gebruik van SSP (Secure Simple Pairing) waarbij u
uitsluitend hoeft te bevestigen.
– Voor een apparaat met Bluetooth 2.0:
U moet voor het koppelen een PIN-code invoeren
in zowel het apparaat als het toestel.
• Nadat eenmaal een verbinding is gemaakt, blijft
deze in het toestel geregistreerd, ook wanneer u het
toestel terugstelt. U kunt in totaal maximaal
5 apparaten registreren.
• Tegelijkertijd kunnen er slechts twee apparaten voor
"Bluetooth Phone" en één apparaat voor "Bluetooth
Audio" worden verbonden.
Wanneer echter "BT Audio" is geselecteerd als bron,
kunt u tot vijf Bluetooth-audiobronnen aansluiten en
schakelen tussen deze vijf apparaten.
• Voor het gebruik van de Bluetooth functie, moet u de
Bluetooth functie van het apparaat activeren.