Printerinformatie toewijzen
Volg de onderstaande procedure om de naam van een printerlocatie of een apparaat weer te geven.
De namen worden weergegeven bij Apparaatnaam: (Device Name:) en Locatie: (Location:) in het Canon
Wi-Fi Connection Assistant-scherm.
Opmerking
• Dit item is niet beschikbaar als USB is geselecteerd in het vervolgkeuzemenu op de werkbalk.
1.
1.
Start Wi-Fi Connection Assistant.
2.
2. Lees het weergegeven bericht en selecteer Ja (Yes).
3.
3. Selecteer Printer voor netwerk instellen (Printer Network Setup) in het weergegeven
venster.
De gedetecteerde printers worden vermeld.
4.
4. Selecteer printer om de locatie- en apparaatnaam toe te wijzen.
Selecteer de printer waarvoor Beschikbaar (Available) wordt weergegeven bij Status.
5. Selecteer Gedetailleerde printerinstellingen... (Detailed Printer Settings...) in het menu
5.
Printerinstellingen (Printer Settings).
Het venster Printerwachtwoord bevestigen (Confirm Printer Password) wordt weergegeven.
Raadpleeg Beheerderswachtwoord voor meer informatie over het wachtwoord.
6. Typ het wachtwoord en klik op OK.
6.
Het venster Gedetailleerde printerinstellingen (Detailed Printer Settings) wordt weergegeven.
7. Configureer of wijzig de instellingen.
7.
De onderstaande items zijn beschikbaar.
A: Apparaatnaam: (Device Name:)
Hiermee kunt u de apparaatnaam toewijzen.
B: Locatie: (Location:)
Hiermee kunt u de locatienaam toewijzen.
8. Klik op Instellen (Set).
8.
62