[SYNC ](Standaard): De dimmerfunctie
wordt in- of uitgeschakeld wanneer de
verlichtingsschakelaar van de auto aan of
uit wordt gezet.
NAV-SYNC]: Schakelt de dimfunctie in of uit
volgens de informatie (dag/nacht) van de
navigatie.
[OSD Clock]
■
Selecteer als u de klok wilt weergeven terwijl
het scherm is uitgeschakeld, of tijdens het
bekijken van videobestanden (USB, SD), etc.
„ON" (AAN) (Standaard)/ „OFF" (UIT)
[Button Illumination Colour]
■
U kunt de verlichtingskleur van de knoppen
instellen. (P.63)
[Wallpaper Customize]
■
U kunt de achtergrondafbeelding of -kleur
wijzigen. (P.63)
[Screen transition effect]
■
Selecteer of het schermovergangseffect
moet worden gebruikt wanneer het
bronregelscherm wordt overgeschakeld naar
het startscherm.
„ON" (AAN) (Standaard)/ „OFF" (UIT)
Ñ
Aanpassen van de knopkleur
U kunt de verlichtingskleur van de knoppen
instellen.
1
Raak [Button Illumination Colour] aan in
het instelmenu Scherm & Knop.
2
Raak de gewenste kleur aan.
■
[Variable]
U kunt instellen dat de kleur van de knop
voortdurend het hele kleurenspectrum
doorloopt.
■
[User]
U kunt de kleur instellen die met de RGB-
kleurenmixer is gemaakt.
3
Raak [
] aan.
Om een originele kleur te registreren
U kunt uw originele kleur registreren.
1
Raak [User] aan op het scherm
Verlichtingskleur van de knoppen.
2
Gebruik [-] en [+] om iedere kleurwaarde
aan te passen.
3
Raak [
] aan.
OPMERKING
• U kunt een kleur creëren op basis van een vooraf
ingestelde kleur. Raak de vooraf ingestelde kleur
aan in plaats van [USER] en stel de kleurwaarde
in.
Ñ
Wijzig de
achtergrondafbeelding of
-kleur
1
Raak [Wallpaper Customize] aan in het
instelmenu Scherm en knop.
2
Selecteer een afbeelding.
*
De album art die momenteel wordt
1
weergegeven, wordt gebruikt als
achtergrond.
*
Selecteer van tevoren een
2
achtergrondkleur.
*
Selecteer van te voren een originele
3
afbeelding.
Installatie
*
*
*
1
2
Dutch
3
63