Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Calgemene Veiligheidsvoorschriften; C.1 Inleiding; C.2 Mechanische Veiligheidskenmerken, Risico's; C.3 Op De Machine Geïnstalleerde Beveiligingen - Electrolux Professional Dual-Rinse Series Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

C
ALGEMENE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
C.1
Inleiding
De machines zijn voorzien van elektrische en/of mechanische
veiligheidsvoorzieningen, bedoeld voor de bescherming van
de medewerkers en de machine zelf.
Wij waarschuwen de gebruiker dus om deze voorzieningen
niet te verwijderen of er mee te knoeien. De fabrikant kan op
geen enkele wijze aansprakelijk worden gesteld voor schade
door geknoei of verkeerd gebruik van de machine.
C.2
Mechanische veiligheidskenmerken,
risico's
De machine heeft geen gevaarlijke scherpe randen of onder-
delen die uitsteken. De afschermingen van de bewegende of
spanningsvoerende onderdelen zijn met bouten aan de
ombouw bevestigd, zodat men niet onopzettelijk bij gevaarlijke
punten kan komen.
C.3
Op de machine geïnstalleerde
beveiligingen
C.3.1
Afschermingen
De afschermingen op de machine bestaan uit:
• vaste afschermingen (bijv.: carters, deksels, zijpanelen,
enz.), die bevestigd zijn aan de machine en/of aan het
frame met bouten of snelkoppelingen die uitsluitend gede-
monteerd
of
geopend
gereedschappen;
• interlock bewegende afschermingen (deur) om toegang te
krijgen tot de binnenkant van de machine;
• toegangsdeurtjes tot de elektrische uitrusting van de
machine, uitgevoerd met scharnierende deurtjes die allen
met behulp van gereedschap geopend kunnen worden. Het
deurtje mag niet geopend worden als de machine is
aangesloten op het elektriciteitsnet.
C.3.2
Veiligheidsvoorzieningen
Op de machine zijn aanwezig:
• een geel/rode hoofdschakelaar die fungeert als noodstop;
• vergrendelingen op de voorpanelen die toegang geven tot
de binnenkant van de machine;
• op de korventransportbanden moeten noodstopschake-
laars en stopknoppen geïnstalleerd worden waarmee de
band gestopt kan worden als er een korf vastloopt.
C.4
Noodstopschakelaar
De noodstopschakelaars die zijn geïnstalleerd ontheffen de
operators niet van een zorgvuldig en voorzichtig gebruik van
de machine.
De functie van deze voorzieningen garandeert een snelle
ingreep in een noodgeval.
• De plaats van de noodstopschakelaars op de machine
moet bij de operators bekend zijn.
• Er mogen geen obstakels zijn die het bereiken en bedienen
van deze noodstopschakelaars verhinderen.
• Iedereen die een gevaar voor personen opmerkt, moet
onmiddellijk een van de noodstoppen in werking stellen.
Hetzelfde geldt in het geval van abnormale werking en/of
schade aan onderdelen van de machine waarbij het nodig is
dat de machine onmiddellijk wordt gestopt.
C.4.1
Terugstelling noodstopschakelaar
Wanneer een noodstopschakelaar wordt geactiveerd, de
machine pas weer aanzetten nadat u er zeker van bent dat:
• de reden waarom de noodstopschakelaar in werking is
getreden is opgeheven;
• het opnieuw in werking stellen van de machine geen enkel
gevaar oplevert.
kunnen
worden
met
Als de NOODSTOPSCHAKELAAR tijdens het gebruik van de
machine geactiveerd wordt, wordt de gehele machine stil
gezet.
Om de machine weer in werking te stellen moet u op de
volgende manier te werk gaan:
• de rode noodknop die werd ingedrukt deblokkeren, door
deze te draaien of door hem naar boven te trekken om de
vergrendeling op te heffen;
• de machine weer starten volgens de aanwijzingen in
paragraaf "J.2 Dagelijkse activering".
C.5
Veiligheidsmarkeringen die op of in de
buurt van de machine aangebracht
moeten worden
Verbod
Betekenis
het is verboden bewegende onderdelen
te oliën, smeren, repareren en af te
stellen.
het is verboden de veiligheidsvoorzie-
ningen te verwijderen
het is verboden water te gebruiken voor
het blussen van branden (vermeld op
de elektrische onderdelen)
Gevaar
Betekenis
gevaar voor beklemming van handen
let op, heet oppervlak
gevaar voor elektrocutie (vermeld op de
elektrische onderdelen met indicatie
van de spanning).
C.6
Aanwijzingen voor het gebruik en het
onderhoud
In de machine zijn in principe mechanische, thermische en
elektrische gevaren aanwezig Waar mogelijk zijn deze geva-
ren geneutraliseerd:
• ofwel direct, door het gebruik van geschikte oplossingen in
het ontwerp
• of indirect door het plaatsen van beschermingen, beveili-
gingen en veiligheidsvoorzieningen.
Op het display, op het bedieningspaneel, worden eventuele
afwijkende situaties weergegeven.
Tijdens het onderhoud blijven er echter enkele gevaren
bestaan die niet kunnen worden geëlimineerd en die geneu-
traliseerd moeten worden door het gebruik van specifieke
voorzorgsmaatregelen.
Het is verboden om welke controle-, reinigings-, reparatie- of
onderhoudshandeling dan ook te verrichten op onderdelen die
in beweging zijn. Van dit verbod moeten de werknemers door
middel van duidelijk zichtbare waarschuwingen op de hoogte
worden gesteld.
9

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave