Dialoogvenster Afdrukken
U kunt in het dialoogvenster Afdrukken de papiersoort en de afdrukkwaliteit instellen.
U opent het dialoogvenster Afdrukken door Afdrukken... (Print...) te selecteren in het menu Bestand (File)
van de toepassing.
Printer
Selecteer de naam van het model dat u gebruikt.
Wanneer u op Printer toevoegen... (Add Printer...) klikt, wordt er een dialoogvenster weergegeven
waarin u een printer kunt opgeven.
Instellingen (Presets)
U kunt de instellingen van het dialoogvenster Afdrukken opslaan of verwijderen.
Opmerking
• U kunt Instellingen tonen... (Show Presets...) selecteren om de afdrukinstellingen te controleren
die zijn ingesteld in het dialoogvenster Druk af.
Aantal (Copies)
Hiermee kunt u het aantal af te drukken exemplaren instellen.
Opmerking
• U kunt gesorteerd afdrukken instellen door Papierafhandeling (Paper Handling) te kiezen in het
pop-upmenu.
Pagina's (Pages)
U kunt het bereik van de pagina's die moeten worden afgedrukt instellen.
Papierformaat (Paper Size)
Selecteer het formaat van het papier dat u gebruikt.
Als u een niet-standaardformaat wilt instellen, selecteert u Aangepaste formaten... (Manage Custom
Sizes...).
Afdrukstand (Orientation)
Selecteer een afdrukstand.
147