INBEDRIJFSTELLING
VULLING VAN DE SANITAIRE
EN VERWARMINGSKRINGEN
BELANGRIJK
De sanitaire boiler moet absoluut onder druk staan
voordat de verwarmingskring wordt gevuld.
1. Vulkranen van de verwarmingskring (A en B) sluiten.
2. Open de afsluitkraan (1) en de tapkraan (8). Als water uit de
kraan komt, is de sanitaire boiler helemaar vol en moet de
tapkraan (8) worden gesloten.
3. Primaire kring verwarming vullen door de vulkranen (A en B) te
openen zonder een druk van 1 bar te overschrijden.
A
3
1
2
4
5
9
4. Stop van de automatische ontluchter aan de bovenzijde van de
ketel openen.
Belangrijk: De draadstop mag niet te vast worden aangehaald om
een automatische ontluchting van de primaire kring mogelijk te
maken.
5. Na de ontluchting van de installatie opnieuw de statische druk
instellen en verhogen met 0,5 bar. 1,5 bar = 10m - 2 bar
(hoogte)
= 15 m.
6. Controleren of de elektrische aansluiting en de ventilatie van de
stookruimte aan de geldende voorschriften voldoen.
7. Hoofdschakelaar in de stand ON zetten.
8. De temperatuursetpoints instellen
9. Controleer de gastoevoerdruk
10. Wanneer de brander in bedrijf is: controleer of de afvoerkanalen
van de verbrandingsgassen perfect zijn afgedicht.
11. Na 5 minuten de ketel uitschakelen, de verwarmingskring
nogmaals ontluchten en water (1 bar) bijvullen.
12. Tot slot de brander opnieuw inschakelen en de verbranding
controleren
(zie pagina 13).
12
B
6
2
8
7
10
11
(zie pagina 17).
.
(zie pagina 13)
BRANDERKARAKTERISTIEKEN
MODULERENDE PREMIX GASBRANDER
ACV BG 2000-M
Beschrijving en bedrijfsmodus:
De modulerende brander BG 2000-M, waarvan het vermogen
constant wordt afgestemd op de behoefte, draagt bij tot een hoger
bedrijfsrendement.
De gasbranderstaaf is bekleed met een metaalweefsel (NIT), dat niet
alleen instaat voor een optimale warmte-uitwisseling, maar ook een
langere levensduur garandeert.
De voornaamste onderdelen zijn een venturi en een klep. Dit geheel
werd speciaal door Honeywell ontwikkeld voor voorgemengde gas-
luchtbranders met lage NOx, automatische ontsteking en
vlamdetectie door ionisatie.
De druk aan de uitgang van de gasklep is gelijk aan de luchtdruk op
het smalste punt van de venturi, verminderd met de offsetinstelling.
De ventilator zuigt de verbrandingslucht aan door de venturi, waarin
ook de gastoevoer uitmondt.
De doorstromende lucht creëert een onderdruk ter hoogte van de
venturihals en zuigt het gas aan de uitgang van de venturi aan. Een
perfect gas-luchtmengsel passeert vervolgens de ventilator en
wordt naar de branderstaaf geleid.
Dat principe garandeert een stille en 100% veilige werking:
•
Bij luchtgebrek neemt de onderdruk in de venturi af, de
gasstroom vermindert, de vlam verdwijnt en de gaskraan wordt
gesloten: de brander is beveiligd.
•
Als de afvoer van de verbrandingsgassen wordt beperkt, daalt
ook het luchtdebiet, met dezelfde gevolgen als die welke
hierboven zijn beschreven, zodat de brander uitvalt en
overschakelt op de beveiligde modus.
•
De brander BG 2000-M waarmee de HeatMaster
uitgerust, wordt gestuurd door een MCBA-regelaar (Honeywell);
deze laatste staat in voor de veilige werking van de brander en
voor de modulatie ervan in functie van de temperatuur.
De brander BG 2000-M is in de fabriek afgesteld
op aardgas.
Controlesysteem van het gas-luchtmengsel
Venturi
Lucht
Offsetregelschroef
Gas
®
201 is
Ventilator
Gas-
luchtmengsel
Gasstroomregelschroef