2.
Verwijder de oliepeilstok en veeg hem
schoon.
1. Oliepeilstok
3.
Steek de oliepeilstok volledig in de mo-
tor en verwijder hem vervolgens op-
nieuw.
4.
Ga na of het oliepeil op de oliepeilstok
zich tussen de bovenste en de onderste
markering
bevindt.
Yamaha-dealer wanneer het oliepeil niet
correct is of wanneer de olie er melkach-
tig of vuil uitziet.
3
1
1. Onderste peilmarkering
2. Oliepeilstok
3. Bovenste peilmarkering
DMU27154
Motor
Controleer de motor en ga na of hij goed
gemonteerd werd.
1
ZMU08040
Raadpleeg
uw
2
ZMU08041
Controleer op losse of beschadigde be-
vestigingsmiddelen.
Controleer de propeller op beschadigin-
gen.
Controleer op motorolielekken.
DMU36494
Doorspoelplug
Ga na of het tuinslangkoppelstuk van de
doorspoelplug stevig op het hulpstuk op de
onderkap is geschroefd. OPGELET: Wan-
neer het tuinslangkoppelstuk niet correct
werd aangesloten, kan er koelwater weg-
lopen waardoor de motor oververhit kan
raken tijdens het varen.
1. Fitting
2. Doorspoelplug
DMU36956
Installeren van de motorkap
1.
Vergewis u ervan dat de motorkapver-
grendelhendel is ontgrendeld.
2.
Vergewis u ervan dat de rubberen dich-
ting overal correct zit rondom de motor-
kap.
3.
Plaats de motorkap op de onderbak.
4.
Vergewis u ervan dat de rubberen dich-
ting overal correct zit tussen de motor-
kap en de onderbak.
5.
Beweeg de motorkapvergrendelhendel
zoals getoond om de motorkap te ver-
grendelen. OPGELET: Als de motor-
Werking
[DCM01802]
2
1
ZMU06172
38