5 Installatie
▪ Stijgleiding. Indien nodig kunt u een stijgleiding installeren om in
een helling te voorzien.
▪ Helling afvoerslang: 0~75 mm om belasting op de leiding en
luchtbellen te voorkomen.
▪ Stijgleiding: ≤300 mm van de unit, ≤675 mm loodrecht op de
unit.
a
b
≤300
a
b
c
a
Metalen klem (accessoire)
b
Afvoerslang (accessoire)
c
Stijgende afvoerleiding (plastic buis met een nominale
diameter van 25 mm een buitendiameter van 32 mm)
(lokaal te voorzien)
d
Ophangstaven (lokaal te voorzien)
▪ Condensatie. Neem maatregelen tegen condensatie. Isoleer de
volledige afvoerleiding in het gebouw.
▪ Afvoerleidingen combineren. Afvoerleidingen kunnen worden
gecombineerd. Gebruik afvoerleidingen en T-stukken met de
juiste diameter voor de werkingscapaciteit van de units.
a
T-stuk
Afvoerleiding aansluiten op de binnenunit
OPMERKING
Een slechte aansluiting van de afvoerslang kan lekken
veroorzaken
en
schade
installatieruimte en de omgeving.
1 Duw de afvoerslang zo ver mogelijk over de aansluiting van de
afvoerleiding.
2 Draai de metalen klem vast tot er minder dan 4 mm tussen de
schroefkop en het metalen klemdeel zit.
3 Controleer op waterlekken (zie
pagina 8).
4 Installeer het isolatiedeel (afvoerleiding).
5 Draai het grote afdichtingskussen (= isolatie) rond de metalen
klem en de afvoerslang, en bevestig het met kabelbinders.
6 Sluit de afvoerleiding aan op de afvoerslang.
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
8
1000~1500
d
d
(mm)
Controle op waterlekken
De procedure verschilt afhankelijk van of de elektrische bedrading al
voltooid is of niet. Als de elektrische bedrading nog niet is voltooid,
moet u de gebruikersinterface en de voeding tijdelijk aansluiten op
de unit.
Als de elektrische bedrading nog niet is voltooid
a
(mm)
berokkenen
aan
de
"Controle op waterlekken" op
1
2~6
a
b
e
c
4
2
1
≤4 mm
A-A'
a
Aansluiting afvoerleiding (bevestigd aan de unit)
b
Afvoerslang (accessoire)
c
Metalen klem (accessoire)
d
Groot afdichtingskussen (accessoire)
e
Isolatiedeel (afvoerleiding) (accessoire)
f
Afvoerleiding (lokaal te voorzien)
1 Sluit de elektrische bedrading tijdelijk aan.
▪ Verwijder het deksel van de schakelkast (a).
▪ Sluit de gebruikersinterface aan (b).
▪ Sluit de voeding (1~ 220-240 V 50/60 Hz) en de aarding (c)
aan.
▪ Breng het deksel van de schakelkast (a) weer aan.
2 Schakel de voeding IN.
3 Begin te koelen (zie
"7.2 Proefdraaien" op
4 Giet ongeveer 1 l water langzaam in de uitlaat van de
luchtuitblaas en controleer op lekken.
d
f
5
6
A
A
A'
A'
d
c
3
b
a
T1
T2
b
Transm.
Forced OFF
a
c
pagina 12).
FCAG35~140AVEB
Split-systeem airconditioners
4P471224-1 – 2017.03