Patch modus
De pedaalinstellingen wijzigen
U kunt de instellingen van elk pedaal naar wens wijzigen.
1
Druk in het beginscherm van Patch modus op PARAMETER [
2
Druk op PARAMETER [
te selecteren.
De ingestelde pedalen verschijnen aan de linkerkant en bovenkant van het scherm.
U kunt de volgende parameters instellen:
• ON Stream
• OFF Stream
• Control Change Message (het pedaal kan aan maximaal zes berichten worden
toegekend.)
• Amp Control
3
Druk op VALUE [
De ON Stream en OFF Stream instellen
U kunt deze op dezelfde manier toekennen als Streams, die als Patch parameters zijn
ingesteld (p. 34). De timing van de transmissie van OFF Streams volgt echter de
instellingen van Pedal modus. U kunt ON Streams en OFF Streams alleen instellen
met de CTL pedaalen van de FC-300.
Assign Number
Het EXP PEDAL en EXP PEDAL SW kunnen aan maximaal zes te verzenden
berichten worden toegekend. Tevens kunt u een te verzenden bericht toekennen aan
één van de pedalen, die zijn aangesloten op de EXP PEDAL/CTL Jacks op het
achterpaneel en de CTL Jacks van de FC-300.
MIDI kanaal
MIDI Channel
Dit stelt het MIDI kanaal in van de berichten die worden verzonden.
MIDI Messages
Dit stelt het bereik in van waarden, die worden verzonden.
• Off
Deze verzenden geen MIDI berichten.
• CC#1 – CC#31, CC#33 – CC#95
Deze verzenden Control Change berichten.
Bij gebruik van een expressie pedaal worden waarden achtereenvolgens uit-
gevoerd binnen het bereik dat bij de Range parameter is vastgelegd. Bij
gebruik van een regel pedaal wordt de maximale waarde uitgevoerd, als de
schakelaar aan is, en de minimale waarde, wanneer de schakelaar uit is.
• MIDI START / MIDI STOP / MIDI CONTINUE / MMC STOP / MMC PLAY /
42
] [
], om van elk pedaal het instellingen scherm
] [
], om de waarde te wijzigen.
Nummer toekennen
MIDI bericht
].
Als het MIDI kanaal op Tx is
ingesteld, dan wordt het
kanaal gebruikt, dat bij de
MIDI:Tx Channel parameter is
vastgelegd (p. 52).