4) De telrichting selecteren
De telrichting kan worden ingesteld met betrekking tot de bewegingsrichting van de plunjer.
■ Positief tellen
■ Negatief tellen
1
2
F2
F1/F3
1
Druk op de [F2]-toets.
⇨ De telrichting kan worden geselecteerd.
2
Druk op de [F1]-toets of [F3]-toets om de telrichting in te stellen.
[▼ ] UIT: Telt op (positief tellen) wanneer de plunjer omhoog gaat.
[▼ ] Knipperend: Telt af (negatief tellen) wanneer de plunjer omhoog gaat.
⇨ Telkens wanneer de toets wordt ingedrukt, verandert de telrichting.
3
Druk op de [F2]-toets.
⇨ Instellingen worden bevestigd; verschuift naar het volgende parameteritem.
(Ga naar "5) De resolutie selecteren".)
Toets pictogram bediening
< 1 s
=
F1
F3
> 2 s
=
F2
8
5) De resolutie selecteren
Voor codenr. 547-400A en 547-401A kan de resolutie worden geselecteerd.
Als het eenheidssysteem mm is (codenr. 547-401A):
2
1
F2
3
Als het eenheidssysteem inch is (codenr. 547-400A):
F2
2
Ga naar het
volgende item
1
F2
1
Druk op de [F2]-toets.
⇨ Resolutie kan worden ingesteld.
2
Druk op de [F1]-toets of [F3]-toets om de resolutie in te stellen.
⇨ Telkens wanneer op de toets wordt gedrukt, wordt de resolutie gewijzigd.
3
Druk op de [F2]-toets.
⇨ Instellingen worden bevestigd; verschuift naar het volgende parameteritem.
(Ga naar "6) De weergavemethode voor het tolerantiebeoordelingsresultaat selecteren en de
toegestane waarden instellen".)
6) De weergavemethode voor het tolerantiebeoordelingsresultaat selecteren en de
Tijdens de tolerantiebeoordeling kan de weergavemethode worden gekozen en kunnen de
toegestane waarden (bovengrenswaarde en ondergrenswaarde) worden ingesteld.
Toegestane waarden kunnen voor elk meetsysteem afzonderlijk worden ingesteld (absolute meting
F3
(ABS) en incrementele meting (INC)).
3
Tips
F1
Zie "7. Schakelen tussen meetsystemen" voor details over het schakelen tussen absolute meting
F2
Ga naar het
(ABS) en incrementele meting (INC).
volgende
item
6-1) De weergavemethode instellen
3
F2
Ga naar het
volgende
item
1
Tips
Zie "7. Schakelen tussen meetsystemen" voor details over het schakelen tussen absolute meting
(ABS) en incrementele meting (INC).
2
3
Tips
Wanneer "piekdetectie" is geselecteerd in meetmodusselectie, kan "vergroot beeldscherm" niet
worden geselecteerd.
toegestane waarden instellen
2
3
-1
F2
Tolerantiebeoordelingsfunctie UIT
F1
F3
Tolerantiebeoordel-
Tolerantiebeoordel-
ingsfunctie AAN
ingsfunctie AAN
Vergroot display
Normale weergave
3
-2
F2
Toegestane waarden instellen (bovenste grenswaarde en onderste grenswaarde)
Bevestig dat het meetsysteem waarvoor u de tolerantiebeoordelingsfunctie wilt gebruiken, is
geselecteerd.
Druk op de [F2]-toets.
⇨ De tolerantiebeoordelingsfunctie kan worden ingesteld.
Stel de weergavemethode voor de meetresultaten in.
1 Druk op de [F1]-toets of [F3]-toets.
⇨ Telkens wanneer op de toets wordt gedrukt, wordt de weergavemethode gewijzigd.
2 Druk op de [F2]-toets.
Als "tolerantiebeoordelingsfunctie AAN (normaal beeldscherm of vergroot beeldscherm)"
is geselecteerd:
⇨ [▶ ] knippert en de eerder ingestelde bovengrenswaarde wordt weergegeven.
Druk nogmaals op de [F2]-toets om de instelling voor de bovengrens over te slaan.
(Ga naar stap
2
in "6-2) Toegestane waarden instellen (bovengrenswaarde en
ondergrenswaarde)".)
Wanneer "Tolerantiebeoordelingsfunctie UIT" is geselecteerd:
⇨ Instellingen worden bevestigd; verschuift naar het volgende parameteritem.
(Ga naar "7) Berekeningsfunctie".)
3
-2
F2
Ga naar het
volgende item
F2
3
-2
Publicatiedatum: 27 april 2022
Gedrukt in Japan