11. Parameters instellen
De parameterinstellingsmodus omvat de volgende parameteritems.
Monitor
Instelgegevens
ModE
Selectie van meetmodus
unit
Selectie van eenheidssysteem
(Codenr. 547-300A, 547-312A, 547-316A, 547-320A,
547-361A, 547-400A)
dir.
Selectie Telrichting
rES.
Selectie van resolutie
(Codenr. 547-400A, 547-401A)
toL.
Selectie van weergave van
tolerantiebeoordelingresultaten en instelling van
toegestane waarde
CALC.*
Selectie van berekeningsfunctie en instelling van
berekeningscoëfficiënt
A-bAr
Selectie van weergave van analoge balk
S-SEL
Selectie van schakelfunctie
F-Loc
Instelling van functievergrendeling
othEr
Wijzigen van andere functies
CAL.ALt
Selectie/instelling van waarschuwing van
kalibratieschema
outPut
Selectie van Digimatic-uitvoer
(Codenr. 547-400A, 547-401A)
Auto.oF
Instelling automatisch uitschakelen
rESEt
Alles resetten
*Deze functie beïnvloedt de nauwkeurigheid en wordt daarom niet gebruikt met dit product.
Toets pictogram bediening
< 1 s
=
F1
F3
> 2 s
=
F2
7
1) Weergavevolgorde van parameteritems
F1
Standaardinstelling
Standaard 1
in
F1
F1
F1
Positieve richting
0,0005 mm
0,00002 in
Beeldscherm UIT
F1
Berekening UIT
F1
beeldscherm AAN
Standaard
Afsluiten
-
F1
WAARSCHUWING
UIT
DIGIMATIC d2
F1
UIT
-
F1
F1
F1
F1
F3
Tips
• Houd de [F1]-toets ingedrukt om de parameterinstelling te annuleren. Merk op dat niet-
bevestigde instellingen niet worden weergegeven.
• Alle parameterinstellingen blijven behouden, zelfs wanneer de stroom wordt uitgeschakeld.
Wanneer de functie Alles resetten is uitgevoerd, worden de instellingen echter gereset naar de
fabrieksinstellingen.
F2
"2) De meetmodus selecteren"
F3
F2
"3) Eenheidssysteem selecteren"
F3
F2
"4) De telrichting selecteren"
F3
F2
"5) De resolutie selecteren"
F3
F2
"6) De weergavemethode voor het
tolerantiebeoordelingsresultaat selecteren
F3
en de toegestane waarden instellen"
F2
"7) Berekeningsfunctie"
Deze functie beïnvloedt de
F3
nauwkeurigheid en wordt daarom niet
gebruikt met dit product.
F2
"8) De analoge balkweergave
selecteren"
F3
F2
"9) Schakelfuncties selecteren"
F3
F2
"10) De functievergrendeling instellen"
F3
F2
"11) Andere functies wijzigen"
・ "11-1) Kalibratieschema-waarschuwingen
selecteren/instellen"
・ "11-2) Selecteren van Digimatic-uitgang"
・ "11-3) Automatisch uitschakelen instellen"
・ "11-4) Alles resetten"
2) De meetmodus selecteren
De meetmodus kan worden geselecteerd uit "Standaard 1", "Standaard 2" en "Piekdetectie".
1
2
F3
F2
F1
Standaard 1
Standaard 1
Piekdetectie
1
Druk op de [F2]-toets.
⇨ De meetmodus kan worden ingesteld.
2
Druk op de [F1]-toets of [F3] -toets om de meetmodus in te stellen.
⇨ Telkens wanneer de toets wordt ingedrukt, wordt meetmodus in volgorde gewisseld.
3
Druk op de [F2]-toets.
⇨ Instellingen worden bevestigd; verschuift naar het volgende parameteritem.
(Ga naar "3) Eenheidssysteem selecteren".)
Tips
Standaard (1, 2) en piekdetectie hebben verschillende functietoewijzingen wanneer de
respectievelijke toets ([F1]-toets, [F2]-toets, [F3]-toets) kort wordt ingedrukt.
Meet modus
[F1]-toets
[F2]-toets
Aanpasbaar
Standaard 1
(Oorspronkelijke instellingen: "N.V.T.", "Nulinstelling",
"Gegevens vasthouden")
Schakelen tussen
Standaard 1
Nulpuntinstelling
eenheden
Schakelen tussen
Start van
Piekdetectie
weergaven voor
piekdetectie
piekdetectie
3) Eenheidssysteem selecteren
Het eenheidssysteem (in ↔ mm) kan worden ingesteld (codenr. 547-300A, 547-312A, 547-316A,
547-320A, 547-361A, 547-400A).
1
2
F1/F3
F2
1
Druk op de [F2]-toets.
⇨ Het eenheidssysteem kan worden ingesteld.
2
Druk op de [F1]-toets of [F3]-toets om het eenheidssysteem in te stellen.
⇨ Telkens wanneer de toets wordt ingedrukt, schakelt deze tussen [in] en [mm].
3
Druk op de [F2]-toets.
⇨ Instellingen worden bevestigd; verschuift naar het volgende parameteritem.
(Ga naar "4) De telrichting selecteren".)
3
F2
Ga naar het
volgende item
[F3]-toets
Gegevensbewaring
Gegevensbewaring
3
F2
Ga naar het
volgende item
Publicatiedatum: 27 april 2022
Gedrukt in Japan