13 Onderhoud en service
Verwarmen
Alleen ventileren
2 Druk op de AAN/UIT-knop van de gebruikersinterface.
Gevolg: Het bedrijfslampje licht op en het systeem begint te werken.
12.3
Gebruik van het
ontvochtigingsprogramma
12.3.1
Over het ontvochtigingsprogramma
▪ Dit programma dient om de vochtigheid in uw kamer te
verminderen met een zo klein mogelijke temperatuurdaling
(minimale kamerkoeling).
▪ De microcomputer bepaalt automatisch de temperatuur en de
ventilatorsnelheid
(kan
niet
gebruikersinterface).
▪ Deze stand is niet mogelijk bij een lage kamertemperatuur
(<20°C).
12.3.2
Gebruik van het
ontvochtigingsprogramma
Starten
1 Druk enkele keren op de keuzeknop voor de werkingsstand op
de gebruikersinterface en selecteer
2 Druk op de AAN/UIT-knop van de gebruikersinterface.
Gevolg: Het bedrijfslampje licht op en het systeem begint te
werken.
Stoppen
3 Druk opnieuw op de AAN/UIT-knop van de gebruikersinterface.
Gevolg: Het werkingslampje gaat uit en het systeem stopt.
OPMERKING
Schakel de voeding niet meteen uit nadat de unit is
gestopt, maar wacht minstens 5 minuten.
12.4
Luchtstroomrichting instellen
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de gebruikersinterface.
12.4.1
Over de luchtstroomklep
Dubbelstroomunits+multi-stroomunits
In de volgende gevallen wordt de luchtstroomrichting gestuurd door
een microcomputer, en kan zij verschillen van de instelling op het
display.
Koelen
▪ Wanneer
de
kamertemperatuur lager is dan
de ingestelde temperatuur.
▪ Bij continue werking met horizontale luchtstroomrichting.
▪ Tijdens continue werking met neerwaartse luchtstroom bij het
koelen met een aan het plafond opgehangen of aan de wand
bevestigde unit, kan de microcomputer de luchtstroomrichting
sturen,
en
verandert
gebruikersinterface.
De luchtstroomrichting kan worden ingesteld op één van de
volgende manieren:
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
18
worden
ingesteld
met
(ontvochtigen).
Verwarmen
▪ Bij het starten.
▪ Als
de
kamertemperatuur
hoger is dan de ingestelde
temperatuur.
▪ Bij het ontdooien.
ook
de
aanduiding
op
▪ De stand van de luchtstroomklep wordt automatisch ingesteld.
▪ De gebruiker stelt de luchtstroomrichting in.
▪ Automatische
en gewenste stand
WAARSCHUWING
Raak nooit de luchtuitlaat of horizontale bladen aan terwijl
de draaiklep in werking is. Uw vingers kunnen geklemd
geraken of de unit kan onklaar geraken.
OPMERKING
▪ Het draaibereik van de klep kan worden veranderd.
Neem contact op met uw dealer voor meer informatie.
(alleen
voor
plafondmontage en wandmontage).
▪ Gebruik de klep bij voorkeur niet in de horizontale
de
stand
afzetten op het plafond of op de klep.
13
Onderhoud en service
OPMERKING
Voer
nooit
servicewerkzaamheden aan de unit uit. Vraag hier een
erkend servicetechnicus voor. Als eindgebruiker mag u wel
het luchtfilter, het aanzuigrooster, de luchtuitblaas en de
buitenpanelen reinigen.
WAARSCHUWING
Vervang nooit een zekering door een zekering met een
andere waarde of andere draden als een zekering is
doorgebrand. Het gebruik van een draad of koperdraad
kan een uitval van de unit of brand veroorzaken.
VOORZICHTIG
Steek geen vingers, stokken of andere voorwerpen in de
luchtinlaat of -uitlaat. Verwijder de ventilatorafscherming
niet. Wanneer de ventilator met hoge snelheid draait, zou
dit letsels veroorzaken.
VOORZICHTIG
Controleer na langdurig gebruik of de staander en
bevestiging niet beschadigd zijn. Bij beschadiging dreigt de
unit te vallen en letsel te veroorzaken.
OPMERKING
Veeg het bedieningspaneel van de controller niet af met
benzine,
thinner,
producten, enz. Het paneel kan verkleuren of de coating
kan
afschilferen.
bedieningspaneel een doek in met water verdund neutraal
detergent, wring de doek goed uit en veeg er dan het
paneel mee schoon. Veeg het daarna af met een andere
droge doek.
VOORZICHTIG
Schakel de voeding volledig uit voordat u de klemmen
aanraakt.
OPMERKING
Vergeet voor het schoonmaken van de warmtewisselaar
niet de schakelkast, ventilatormotor, afvoerpomp en
vlotterschakelaar te verwijderen. De isolatie van de
de
elektronische
schoonmaakmiddel worden aangetast, waardoor deze
componenten kunnen doorbranden.
.
dubbelstroom,
multi-stroom,
. Anders kan er zich vocht of stof gaan
zelf
een
inspectie
reinigingsdoeken
met
Dompel
bij
een
sterk
componenten
kan
door
FFA25~60A2VEB
Split-systeem airconditioners
4P456960-1 – 2017.03
hoek,
van
of
chemische
vervuild
water
of