September 2015
Stap 3: Las het bevestigingsmateriaal vast
1. Centreer de flensconstructie boven de montageopening, tussenruimte 1,6 mm
1
(
/
inch) en meet de afstand tussen de buitendiameter van de buis en het
16
flensoppervlak. Vergelijk deze afstand met
nodig aan.
Tabel 3. Flensmaten en flensbuitendiameter voor iedere sensormaat
Sensormaat
1
1
1
1
1
1
2
2
2
2
2
2
3
3
3
3
3
3
2. Plaats vier puntlassen van 6 mm (
Controleer de uitlijning van de armatuur zowel evenwijdig aan als haaks op de
stroomrichtingsas (zie
de toleranties valt, voltooit u de lasverbinding volgens de ter plaatse geldende
richtlijnen. Als de uitlijning buiten de voorgeschreven toleranties valt, verricht
u eerst de vereiste aanpassingen alvorens de lasverbinding te voltooien.
Buitendiam. flens
Flensmaat
(mm [inch])
1
1
/
inch 150#
98,5 (3,88)
2
1
1
/
inch 300#
104,9 (4,13)
2
1
1
/
inch 600#
112,7 (4,44)
2
1
1
/
inch 900#
125,4 (4,94)
2
1
1
/
inch 1500#
125,4 (4,94)
2
1
1
/
inch 2500#
171,6 (6,76)
2
2,0 inch 150#
104,8 (4,13)
2,0 inch 300#
111,2 (4,38)
2,0 inch 600#
120,8 (4,76)
2,0 inch 900#
149,2 (5,88)
2,0 inch 1500#
149,2 (5,88)
3,0 inch 2500#
250,7 (9,87)
3,0 inch 150#
117,5 (4,63)
3,0 inch 300#
126,9 (5,00)
3,0 inch 600#
136,6 (5,38)
4,0 inch 900#
208,0 (8,19)
4,0 inch 1500#
217,5 (8,56)
4,0 inch 2500#
284,2 (11,19)
Afbeelding 8
Tabel 3
en pas de tussenruimte zo
Grootte
DN40 PN16
DN40 PN40
DN40 PN100
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
DN50 PN16
DN50 PN40
DN50 PN100
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
DN80 PN16
DN80 PN40
DN80 PN100
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
1
/
inch) op 90° ten opzichte van elkaar.
4
). Als de uitlijning van de armatuur binnen
Snelstartgids
Buitendiam. flens
(mm [inch])
78,6 (3,09)
81,6 (3,21)
98,6 (3,88)
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
86,3 (3,40)
89,3 (3,51)
109,3 (4,30)
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
97,6 (3,84)
105,6 (4,16)
125,6 (4,95)
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
9