BS4~12A14AJV1B
VRV 5 aftakkeuze-unit
4P695527-1 – 2022.02
Zie
"13.3 Vereiste veiligheidsmaatregelen
In het geval van "0" wordt de output van de R32-sensor in de BS-unit genegeerd,
en reageert het systeem niet in het geval van een koelmiddellek in de BS-unit.
Deze instelling moet alleen op de uiterst linkse hoofdprintplaat (A1P) van de BS-
unit worden geconfigureerd.
[2-4]
0
1 (standaard)
2
[2-6]
Instelling om voltooien van inbedrijfstellingscontrole te controleren.
Na bevestiging dat de veiligheidsmaatregelen van de BS-unit naar behoren werken,
moet deze instelling op "1" worden ingesteld.
Dezelfde instelling is vereist voor alle BS-units, ook wanneer geen
veiligheidsmaatregelen zijn geïnstalleerd. Bij het proefdraaien van de buitenunit
wordt gecontroleerd of deze instelling van alle BS-units van het systeem op "1" is
ingesteld. Anders verschijnt een fout op het 7-segmentendisplay van de buitenunit.
Deze instelling moet alleen op de uiterst linkse hoofdprintplaat (A1P) van elke BS-
unit worden geconfigureerd.
[2-6]
0 (standaard)
1
[2-7]
Instelling die de veiligheidsmaatregel geventileerde omkasting van de BS-unit
activeert of deactiveert.
▪
Kies waarde "1" als de geventileerde omkasting een vereiste veiligheidsmaatregel
is.
▪
Kies waarde "0" als alleen een extern alarm vereist is.
Zie
"13.3 Vereiste veiligheidsmaatregelen
Deze instelling moet alleen op de uiterst linkse hoofdprintplaat (A1P) van de BS-
unit worden geconfigureerd.
[2-7]
0
1 (standaard)
[2-8]
Instelling om een adreswaarde toe te wijzen aan de BS-unit voor de supervisor-
afstandsbediening.
Indien in het systeem supervisor-afstandsbedieningen worden gebruikt, moet aan
de BS-unit een adreswaarde worden toegewezen.
▪
Wijs aan elke BS-unit een ander adres toe.
▪
Gebruik adreswaarden die NERGENS anders in het systeem worden gebruikt
(bijv. binnenunits).
bepalen" [
Veiligheidsmaatregelen
Deactiveren
Activeren
Tijdelijk deactiveren (24 uur of tot uit- en inschakelen
voeding)
Controle inbedrijfstelling
Onvolledig
Voltooid
bepalen" [
Geventileerde omkasting
Deactiveren
Activeren
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
17
Configuratie
|
4
43].
4
43].
101