5.5. Duiken met gasmengsels
Duiken met gasmengsels maakt door een lager stikstofgehalte in het gasmengsel langere
bodemtijden, kortere decompressietijden en een lagere partiële zuurstofdruk op diepte
mogelijk en verkleint de kans op stikstofnarcose of decompressieziekte.
Maar als het gasmengsel wordt veranderd, wordt de partiële zuurstofdruk meestal verhoogd.
Echter hierdoor loopt de duiker een verhoogd risico van zuurstofvergiftiging, iets waarmee
bij persluchtduiken meestal geen rekening hoeft te worden gehouden. Om dit gevaar tot
een minimum te beperken, houdt de duikcomputer de tijd en intensiteit van de zuurstof-
blootstelling bij en verschaft hij de duiker informatie waarmee deze zijn duikplan kan
aanpassen om de blootstelling binnen veilige grenzen te houden.
Naast de fysiologische effecten van verrijkte lucht op het lichaam, moet er ook rekening
worden gehouden met een aantal praktische aspecten bij het omgaan met nitroxmengsels.
Zo zorgen verhoogde concentraties zuurstof voor brand- en explosiegevaar. Raadpleeg
de fabrikant van uw duikapparatuur om na te gaan of deze kan worden gebruikt in combi-
natie met nitrox.
5.6. Akoestische en optische alarmsignalen
De duikcomputer kan akoestische en optische alarmsignalen geven wanneer gevaarlijke
limieten of vooraf ingestelde waarden worden bereikt. De tabel hieronder geeft een overzicht
van de verschillende alarmsignalen en de betekenis ervan.
Tabel 5.1. Soorten akoestische en optische alarmsignalen
Indicatie van alarm
Drie korte geluidssignalen met een interval
van één seconde gedurende maximaal drie
minuten. De waarde PO
Drie korte geluidssignalen met een interval
van één seconde gedurende maximaal 24
seconden. De waarde PO
Twee korte geluidssignalen met een interval
van anderhalve seconde. De OLF%-waarde
knippert als de PO
0,5 bar.
Twee korte geluidssignalen met een interval
van anderhalve seconde gedurende drie
minuten. Het symbool Er (fout) knippert en
een pijl wijst naar beneden.
Twee korte geluidssignalen met een interval
van anderhalve seconde gedurende drie
minuten. Een pijl wijst naar beneden.
Drie korte geluidssignalen met een interval
van één seconde gedurende 24 seconden.
Het symbool LANGZAAM knippert.
knippert.
2
knippert.
2
-waarde groter is dan
2
Reden van alarm
PO
-waarde is groter dan de aangepaste
2
waarde. Huidige diepte is te diep voor het
gebruikte gasmengsel. U moet direct opstij-
gen of overschakelen naar een gasmengsel
met een lager zuurstofpercentage.
PO
-waarde is kleiner dan 0,18 bar. De
2
diepte is te ondiep en de omgevingsdruk is
te laag voor het huidige gasmengsel. Het
zuurstofgehalte is te laag om u bij bewustzijn
te houden. U moet direct overschakelen
naar een ander gasmengsel.
In de modus MIXED GAS (gasmengsel)
bereikt de OLF-waarde de vaste 80% of
100%. U kunt het alarm uitschakelen.
Decompressieplafond is overschreden. Daal
onmiddellijk tot op of onder het decompres-
sieplafond.
Verplichte veiligheidsstop genegeerd. U
moet direct afdalen.
Maximaal toegestane opstijgsnelheid van
10 meter per minuut is overschreden.
15