De machine stoppen
Om de machine te stoppen, moet u het rempedaal
intrappen, de versnelling in de neutraalstand zetten, de
aftakas uitschakelen, en het contactsleuteltje op Uit draaien
om de motor af te zetten. Als u de machine onbeheerd laat,
moet u tevens de parkeerrem in werking stellen; zie
Parkeerrem in werking stellen, blz. 11. Denk erom dat u het
sleuteltje uit het contact haalt.
Voorzichtig
Kinderen of omstanders kunnen letsel oplopen als
zij de tractor verplaatsen of proberen te bedienen
terwijl deze onbeheerd staat.
Verwijder altijd het contactsleuteltje en stel de
parkeerrem in werking wanneer u de machine
onbeheerd laat, ook al is het slechts voor een paar
minuten.
Belangrijk
Om overmatige slijtage te voorkomen,
verdient het aanbeveling niet "met ingetrapte rem te
rijden." Schakel naar een lagere versnelling voor een lagere
rijsnelheid. Kies een lage versnelling, zodat u niet hoeft te
stoppen of te schakelen op een helling.
Grasvanger leegmaken
Als het waarschuwingslampje van de grasvanger op het
voorste bedieningspaneel gaat branden, is de grasvanger
vol en moet deze worden geleegd.
1. Schakel de aftakas uit.
2. Trek de stang van de grasvanger naar voren om de
opvangbak te kantelen (Fig. 12).
3. Schud de opvangbak totdat deze helemaal leeg is.
4. Zet de stang van de grasvanger langzaam terug in de
bedrijfsstand.
1
2
Figuur 12
1. Stang van grasvanger
2. Opvangbak
16
Machine met de hand duwen
Belangrijk
U moet de machine altijd met de hand
duwen. U mag de machine nooit slepen. Dit kan schade aan
de transaxle veroorzaken.
1. Zet de schakelhendel in de neutraalstand, schakel de
aftakas uit, zet de motor af en haal het sleuteltje uit het
contact.
2. Zet de parkeerrem vrij om de machine te duwen.
De Recycler -kap monteren
De tractor wordt geleverd met een Recycler-kap. De kap
wordt gebruikt als u het grasmaaisel niet wilt opvangen.
Gevaar
Zonder aangebrachte grasgeleider, afvoerafsluiter
of complete grasvanger kunnen u of anderen in
aanraking met het maaimes of uitgeworpen
voorwerpen komen. Contact met draaiende
maaimes(sen) en uitgeworpen voorwerpen kan
lichamelijk letsel of de dood veroorzaken.
Verwijder de grasgeleider nooit van het maaidek
omdat hiermee het maaisel wordt afgevoerd
naar het gazon. Als de grasgeleider is
beschadigd, moet u deze onmiddellijk
vervangen.
Kom nooit met uw handen of voeten onder het
maaidek.
Probeer nooit het afvoersysteem of de
maaibladen te reinigen zonder eerst de aftakas
uit te schakelen en het contactsleuteltje op UIT
te draaien. Verwijder verder het
contactsleuteltje en trek de bougiekabel van de
bougie(s).
1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak,
schakel de aftakas uit, zet de schakelhandel in de
neutraalstand, stel de parkeerrem in werking, zet de
motor af en haal het sleuteltje uit het contact.
2. Til de grasvanger op en verwijder de bout waarmee de
afvoerbuis is bevestigd aan de achterplaat.
3. Zet de maaihoogtehendel in de stand B of C. Verwijder
de 3 screws, ringen en moeren waarmee de afvoertunnel
is bevestigd aan het maaidek (Fig. 13).
4. Verwijder de bout, de ring en de moer waarmee de
afvoertunnel is bevestigd aan de afvoerbuis (Fig. 13).
5. Zet de maaihoogtehendel in de laagste stand. Schuif de
afvoertunnel weg van onder de tractor.