9.1.5. Controle cvdruk
Controleer de waterdruk van de cvinstallatie. De water
druk moet minimaal 1 bar bedragen. Vul, indien nodig, het
verwarmingssysteem tot maximaal 2 bar.
9.1.6. Reinigen sifon
Verwijder de sifon onder het toestel en controleer of zich
daarinaluminiumoxide gevormd heeft. Is dit het geval
dan dient ook de warmtewisselaar gereinigd te worden.
a) Reinig indien nodig het sifon.
b) Vul het sifon daarna met water en plaats deze terug.
9.1.7. Doorspoelen condensafvoer(en)
Spoel de bestaande aansluitingen op de riolering
door in verband met mogelijke slibvorming.
9.1.8. Controle gasafstelling toestel
De afstelling van het toestel moet altijd gemeten worden
met te meten met CO
/O
2
2
Controle CO
percentage rookgassen.
2
Opmerking!
Wanneer het toestel niet warm genoeg is kan het langer
duren dan 3 minuten om een stabiele waarde te meten. Na
3 minuten zal echter het menu automatisch teruggaan naar
het statusscherm. U dient dan de meting opnieuw te starten.
Tip!
Het kan voorkomen dat de cvaanvoertemperatuur hoger
is dan is ingesteld in het servicemenu, waardoor het
toestel zal uitschakelen.
Verhoog indien nodig voor de CO
cvtemperatuur [Menu – Servicemenu – Instellingen –
CVTemPerATuur].
meetapparatuur.
meting tijdelijk de
2
Tip!
Neem bij grote afwijkingen contact op met Itho Daalderop.
Beschikt u over een CO
meetapparaat met een nauw
2
keurigheid ‹ 0,2%, dan kunt u het CO
de rookgassen controleren.
a) Verwijder de kunststof dop van de rookgasbuis.
b) Meet eerst het CO
percentage op hoogstand tot
2
de waarde
stabiel blijft [Menu – Servicemenu –
(*)
Ionisatiestroom HOOG VermOGen].
IONISATIESTROOM
Laag vermogen
Hoog vermogen
4.9 μA
c) Daarna kunt u het CO
tot de waarde
stabiel blijft [Menu – Servicemenu –
(*)
Ionisatiestroom LAAG VermOGen].
IONISATIESTROOM
Laag vermogen
Hoog vermogen
4.9 μA
d) Indien de waarden
afwijken dient het gasregelblok
(*)
opnieuw afgesteld te worden.
Opmerking!
Het afstellen van het toestel via CO
de belasting). Zorg er bij het afstellen altijd voor dat er
een negatieve offset ontstaat (kleiner dan 3 Pa).
e) Noteer de gemeten waarde in de servicetabel van
dit document.
f) Plaats na de meting de kunststof dop weer terug
op de rookgasbuis en druk deze goed aan.
(*) De waarden dienen binnen de grenzen te liggen zoals vermeld in
onderstaande tabel.
percentage van
2
gehalte op laagstand meten
2
is altijd leidend (t.o.v.
2
|
64