Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Eisen Sanitaire Leidingen; Eisen Gassoort En Gasleiding; Eisen Rookgasafvoersysteem - Itho Daalderop Comfort Classic 24/50 + Installatiehandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

2.4. Eisen sanitaire leidingen

Tip!
Sluit de leidingen aan met behulp van knelkoppelingen in
verband met servicebaarheid.
Voor het aanleggen van sanitaire leidingen verwijst
Itho Daalderop naar de VEWIN­werkbladen.
De aansluitingen voor de koud­ en warmwaterleiding
bevinden zich aan de onderzijde van het toestel.
• De koudwateraansluiting heeft een diameter
van Ø15 mm.
• Er moet altijd een inlaatcombinatie worden gemon­
teerd in de koud waterleiding binnen 2 meter van het
toestel. De inlaatcombinatie moet KIWA gekeurd zijn.
• De warmwateraansluiting heeft een diameter
van Ø15 mm.

2.5. Eisen gassoort en gasleiding

• Ter voorkoming van gaslekkages en beschadigingen
aan het systeem en om gevaarlijke situaties te
voorkomen, moet de gasleiding vakkundig zijn
aangelegd.
• De toegepaste leiding en het te gebruiken gas
moet aan de onderstaande eisen voldoen:
• Controleer of de gassoort en gasvoordruk zoals
aangegeven op het typeplaatje van dit toestel
overeenkomt met de lokale leveringscondities.
• Gebruik gasleiding met een geschikte diameter.
• Zorg dat de gasleiding gasdicht is.
• De gasleiding moet schoon zijn.
• Monteer een gaskraan zo dicht mogelijk bij
het toestel.

2.6. Eisen rookgasafvoersysteem

• Het rookgasafvoersysteem moet voldoen aan
de geldende voorschriften.
• Toestelafhankelijke eisen en materialen zijn
te vinden in het hoofdstuk INSTALLEREN.
• Het rookgasafvoersysteem moet bij horizontale
leidingen altijd op afschot richting het toestel
worden gemonteerd. Houd hierbij 3 graden
(circa 50mm per meter buislengte) aan voor
een correcte afvoer van het condens.
• Pas een condensscheiding toe:
­ Bij gebruik van aluminium rookgaskanalen, indien
de kanaallengte langer is dan 5 meter.
­ Bij gebruik van roestvast stalen rookgaskanalen,
indien de kanaallengte langer is dan 2 meter.
­ Op een overgang tussen twee verschillende
materialen.
• Beugel iedere bocht op de mof, met uitzondering
bij aansluiting aan toestel:
­ Indien de verbindingsleiding voor en na de eerste
bocht korter is dan 0.25 m, dan kan de beugel bij
de eerste bocht achterwege blijven.
­ De eerste beugel wordt in ieder geval geplaatst
op maximaal 0.5 m vanaf het toestel.
• Horizontale leiding en niet verticale leiding:
maximale beugelafstand 1 m. Bij trekvaste verbindin­
gen bedraagt de maximale beugelafstand 2m.
Verdeel lengten tussen beugels gelijkmatig.
• Verticale leiding: maximale beugelafstand 2m.
Verdeel lengten tussen beugels gelijkmatig.
• Beugel het laatste element van de verbindingsleiding
voor de doorvoer/schacht. Indien dit laatste element
een bocht is, kan ook het voorliggende element
gebeugeld worden.
• Pas de voorgeschreven beugels van de fabrikant toe.
• Voorkom het beschadigen van de afdichtringen door
haaks af te korten en te ontbramen. Bij trekvaste
verbindingen volg de instructies van de fabrikant.
• Verboden te kitten, schuimen of plakken.
• Gebruik geen vet, (zuurvrije) vaseline of olie.
• Monteer spanningsvrij.
|
10

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave