7. Buiten bedrijf stellen
7.1. Verwarmingssysteem
ä
Let op!
Stel de kamerthermostaat in de winter niet lager in dan
15 °C.
Om bevriezing van de installatie te voorkomen is het
raadzaam om alle radiatorkranen geheel of gedeeltelijk
open te laten staan.
Tip!
Wanneer de cvaanvoertemperatuur in het toestel onder
de ingestelde waarde van de ketelveiligheid zakt, dan komt
het toestel in bedrijf en warmt zich op tot circa 510 ºC
boven de ingestelde waarde.
a) Laat de stekker van het toestel in de wandcontactdoos
zitten.
b) Draai de kamerthermostaat op minimum. Het warm
water zal op temperatuur gehouden worden, tenzij
anders ingesteld.
7.2. Warm water
ä
Gevaar!
Indien het toestel als naverwarmer van een zonneboiler
functioneert mag het toestel of de warm water functie
nooit uitgeschakeld worden.
Tip!
Wanneer de cvaanvoertemperatuur in het toestel onder
de ingestelde waarde van de ketelveiligheid zakt, dan komt
het toestel in bedrijf en warmt zich op tot circa 510 ºC
boven de ingestelde waarde.
a) Laat de stekkers van het toestel in de wandcontact
doos zitten.
b) Gebruik het bedieningspaneel. Ga via het
GEBRUIKERSMENU naar de functie WARM WATER
en selecteer UIT.
WARM WATER
AAN
UIT
|
55