Voor het stallen
Begin elk seizoen
Om de 100 uur
Om de 50 uur
Om de 25 uur
Maandelijks
Regelmatig
Na de eerste 20 uur
Na de eerste 5 uur
Na de eerste 2 uur
Voor elk gebruik
Motoroliepeil controleren
Motorolie verversen
Bougie vervangen
Papieren filter in luchtfilter vervangen
Luchtscherm reinigen
Knaldemper/vonkafleider nakijken
Brandstoffilter vervangen
Accuvloeistofpeil controleren/bijvullen
Accu en klemmen reinigen
Werking remmen controleren
Transmissiekoeling controleren
Bandenspanning controleren (V:1,2 bar, A:1,0 bar)
Aandrijfriemen maaikast controleren
Losse schroeven en bouten aandraaien
Maaitractor reinigen
Accukabels loskoppelen
Zie smeerschema
Aandrijftandriem maaier afstellen
N.B.: 1 Vaker vervangen als u de tractor gebruikt onder zware omstandigheden of bij hoge temperaturen (35° C en hoger). 2. Vaker
onderhoud uitvoeren wanneer u in een vuile of stoffige omgeving werkt. 3. Vaker vervangen wanneer u maait op zanderige grond.
HET OPBLOKKEN VAN DE TREKKER
Als de trekker moet worden opgeblokt, gebruik dan
een krik om hem op steunen te tillen. Blok de
trekker als volgt op:
1. Plaats een krik onder de achterastransmissie en
til het achtereind van de trekker op.
2. Plaats twee steunen onder de achteras, één
steun aan de binnenkant van ieder achterwiel.
3. Til de voorkant op en plaats twee steunen onder
de balk van de vooras, één steun aan de
binnenkant van iedere wielas.
ONDERHOUD
ONDERHOUDSCONTROLELIJST
1,2
2
Tijdens onderhoud of regelingen mag de tractor
nooit meer dan 50 cm van de grond worden
getild, tenzij u de volgende maatregelen treft:
1. Verwijder de brandstof uit de tank en laat de
2. Demonteer de accu (zie de par. de accu
demonteren in het hoofdstuk Onderhoud).
3. Verwijder de olie uit het carter.
SMERING
Voor de smeerfrequentie, zie
Onderhoudscontrolelijst. Voor smeerpunten en type
smeermiddel, zie smeerschema. De transmissie is
gesmeerd voor de volledige gebruiksduur.
ONDERHOUD VAN DE MOTOR
Zie gebruiks- en onderhoudshandleiding van de
motor voor instructies i.v.m. onderhoud.
Onderhoudsschema
Regelmatig Vul de
data in bij normaal
onderhoud
1,2
WAARSCHUWING
motor draaien tot de carburateur droog is.
13
Nederlands –