Inhoudsopgave
Advertenties
BEDIENING OP EEN HELLING
•
U moet op alle hellingen voorzichtig zijn.
•
Maai niet wanneer de hellingshoek meer dan
10¡ (17%) bedraagt.
•
Maai de helling op en neer, nooit dwars.
•
Vermijd plotse veranderingen van richting.
•
Ruim obstakels als stenen, takken, enz. uit de
weg en pas op voor geulen.
!
WAARSCHUWING
Nooit in vrijloop een helling afrijden! Bij het
parkeren het rempedaal indrukken en ingedrukt
houden (afb. 14, pos. 1 en 2.)
DE OPVANGBAK LEEGMAKEN
(AFB. 21)
Afb. 21
Om te vermijden dat de opvangbak verstopt raakt,
raden wij aan de MAN/AUTO-schakelaar in de
AUTO-stand te laten staan.Een microschakelaar
regelt dit proces en ontkoppelt, wanneer de bak vol
is, de messen en doet een lampje branden. Daarna
moet u de motorsnelheid minderen tot stationair
toerental, de uittrekbare dumphendel volledig
uittrekken en naar beneden drukken om de bak
leeg te maken. Laat vervolgens de hendel
langzaam los, zodat de opvangbak kan sluiten.
Druk op de RESET-schakelaar. Maai daarna
gewoon verder.
N.B.:
A. Wanneer de gaten van de grasopvangbak vol
zitten met gras en vuil, moet u de hele opvang-
zak met een hogedrukspuit schoonmaken en
hem vervolgens laten drogen.
B. Maak nu en dan alles rond de klep van de
schakelaar van de opvangbak, en dan
voornamelijk het onderste gedeelte, schoon.
BEDIENING
SCHOONMAKEN VAN DE KOKER
De messen worden automatisch uitgeschakeld
wanneer de achterste opvangzak vol is. Als dit
automatische uitschakelmechanisme niet werkt,
komt dat omdat het luchtkoker verstopt zit.
Verwijder vuil dat rond de schakelaar vastzit.
LICHTSCHAKELAAR
De lichten worden ingeschakeld met de schakelaar
(afb. 11, c) als de sleutel in de ( )-stand staat (afb.
!
18).
VEILIGHEIDSCONDITIES
Denk eraan dat uw tractor over een zittingschakelaar
beschikt; dit betekent dat van zodra u uit de zitting
opstaat, de motor stopt.
De maaiermessen stoppen wanneer de
grasopvangbak vol gras zit.
De motor kan niet starten wanneer:
a. de zitting niet is verzwaard met een bestuurder
b. het rempedaal niet helemaal is ingetrapt (Fig. 14)
c. de maaischakelaar in de AAN stand staat (Fig. 16)
STALLEN
Zet na het maaien de maaikast in de hoogste stand
en schakel de aandrijving van het maaisysteem uit.
Zet het contact uit, druk het rem-koppelingspedaal in
en vergrendel het met de parkeerrem. Draai de
brandstofklep dicht.
Trek voor u de machine stalt steeds de sleutel uit
het contact. Koppel de accu los als u de tractor
voor lange tijd stalt.
TREKINRICHTING
De tractor is voorzien van een trekinrichting
onderaan op de achterkant.
De te trekken last mag maximum 150 kg zwaar zijn.
BELANGRIJK
11
Nederlands –
Advertenties
Inhoudsopgave
