BASISFUNCTIES
Het opslaan van transmissieopdrachten (geheugentransmissie)
Indien er een transmissie wordt uitgevoerd in de geheugen transmissiemodus terwijl de machine al een faxbericht
zendt of ontvangt, wordt het document in het geheugen gescand en vervolgens automatisch verzonden nadat de
vorige opdracht voltooid is (dit wordt "het opslaan van een transmissie" genoemd). Er kunnen max. 50 opdrachten
tegelijk in het geheugen worden opgeslagen, de actueel uitgevoerde opdracht niet inbegrepen. Na de transmissie
worden de gescande documentgegevens uit het geheugen gewist.
• U kunt de transmissieopdrachten in het geheugen controleren in het opdrachtstatusscherm. (Zie "NAMEN EN
Opmerking
FUNCTIES VAN DE ONDERDELEN" in de gebruiksaanwijzing van de kopieermachine.)
• Als het geheugen vol raakt tijdens het scannen van een document verschijnt er een melding in het display. U
kunt het scannen annuleren door de [ANNULEREN] toets aan te raken of alleen de reeds gescande pagina's
zenden door de [ZENDEN] toets aan te tippen. De pagina die werd gescand toen het geheugen vol raakte,
wordt uit het geheugen gewist. Indien het geheugen vol raakte bij het scannen van de eerste pagina van een
document, wordt de transmissieopdracht automatisch geannuleerd.
• Het aantal opdrachten dat in het geheugen kan worden opgeslagen is afhankelijk van het aantal pagina's in
elke opdracht en van de transmissievoorwaarden. Het aantal opdrachten dat kan worden opgeslagen stijgt
wanneer het optionele uitbreidingsgeheugen (8 MB) geïnstalleerd is.
Als de ontvanger bezet is
Als de ontvanger bezet is wordt de transmisse tijdelijk geannuleerd en vervolgens automatisch opnieuw geprobeerd
na een kort interval (er worden twee pogingen gemaakt in een interval van 3 minuten*). Wanneer u niet wilt dat de
machine de transmissie opnieuw probeert, tipt u de [OPDRACHTSTATUS]toets aan en annuleert u de transmissie.
Als er een transmissiefout optreedt
De machine probeert automatisch opnieuw te zenden (eenmaal na een interval van een minuut) wanneer de
transmissie niet normaal beëindigd wordt als gevolg van eencommunicatie fout of een andere reden of wanneer de
andere machine niet binnen 60 seconden nadat de verbinding tot stand werd gebracht met de ontvangst begint. Om
het automatische herkiezen te annuleren, tipt u de [OPDRACHTSTATUS] toets aan en annuleert u de transmissie.
Afdrukrotatie
De machine is oorspronkelijk ingesteld om een verticaal geplaatst ( ) document 90 graden te draaien zodat de
afdrukstand liggend is (
11"R), A5R(5-1/2" x 8-1/2"R) originelen worden gedraaid tot A5 (5-1/2" x 8-1/2") en 8-1/2" x 11" (A4) originelen
worden gedraaid tot 8-1/2" x 11"R (A4R)). (A4R (8-1/2" x 11"R) originelen, A5 (5-1/2" x 8-1/2") originelen en 8-1/2" x
11"R (A4R) originelen worden niet gedraaid.)
Wanneer een A5 (5-1/2" x 8-1/2") of A5R (5-1/2" x 8-1/2"R) origineel wordt verzonden vanaf de
Opmerking
RSPF, wordt het origineelformaat automatisch herkend. Wanneer de glasplaat wordt gebruikt
wordt het formaat van een A5R (5-1/2" x 8-1/2"R) origineel echter niet automatisch herkend.
Wanneer u een A5R (5-1/2" x 8-1/2"R) origineel vanaf de glasplaat zendt, moet u het origineel-
formaat handmatig instellen. ("HANDMATIG INSTELLEN VAN HET SCANFORMAAT" (p.16))
Fout Correctie Mode ("Error Correction Mode (ECM)")
Ruis in de leiding kan soms vervormingen van een verzonden faxbericht veroorzaken. wanneer dit gebeurt zendt de
ECM functie het vervormde gedeelte automatisch opnieuw.
• Wanneer deze functie ingeschakeld is duurt de transmissie iets langer dan normaal.
• Voor het functioneren van de ECM moet de andere machine ook over de ECM functie beschikken.
12
) voor de transmissie (A4 (8-1/2" x 11") originelen worden gedraaid tot A4R (8-1/2" x