B 3‐4
Installatie
4
5
Enkele circulatieset
Afbeelding B 3‐3 Installeren van set voor enkele of dubbele circulatie
3
1.
/
in. NPT nippel (opgenomen in circ.
4‐
set)
1
1
2.
/
-20 JIC x
/4‐in. NPT kniestuk
2
Opmerking: De items 4 en 5 maken deel uit het zuigappendagepakket.
Installatierichtlijnen
P/N 7179360L04
Breng vooraf aan de
installatie PTFE-kit (900236)
aan op de schroefdraad.
1
3
2
3. Terugvoerslang
7
4.
/
-14 x
8
Afbeeldingen B 3‐4 en B 3‐5 tonen gebruikelijke dead‐end‐ en
circulatiesystemen. Hanteer de volgende richtlijnen bij het installeren van de
pomp:
S
De perslucht moet schoon en droog zijn. Vochtige lucht kan neerslaan in
de luchtmotor en dan bevriezen, met een verslechterde werking en
stilstand tot gevolg. Installeer een luchtdroger om vocht uit de
persluchttoevoer te verwijderen. Filter de lucht tot 40 micron of nog extra.
S
De neerwaartse luchttoevoer naar de pomp moet worden afgetakt vanaf
het hoogste punt in de luchtleiding van de productieruimte, om te
voorkomen dat vocht uit de luchttoevoerleiding de pomp binnendringt.
Installeer een neerwaarts pijpstuk met aftapkraan op het laagste punt van
de zakleiding.
S
Plaats een zelfsluitende afsluiter in de luchttoevoerleiding naar de pomp.
S
Installeer de optionele groep luchtfilter/regelaar/smeereenheid zodanig
dat de luchttoevoer bij het filter de groep binnenkomt en deze bij de
smeereenheid verlaat.
S
De op de pomp aangesloten lucht‐ en vloeistofslangen moeten elektrisch
geleidend zijn. Gebruik geen starre aansluitingen, deze brengen
trillingen over.
2
3
6
Dubbele circulatieset
3
/
in. NPT kniestuk
4‐
1
2
3
4
5
5. Zuigslang
6. Aftapslang en ‐buis
E 2009 Nordson Corporation
6