Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Mobiele Natte Opstelling - Wilo Rexa PRO Inbouw- En Bedieningsvoorschriften

Inhoudsopgave

Advertenties

nl
6.4.4

Mobiele natte opstelling

4
3
2
Fig. 6: Natte opstelling, mobiel
22
Installatie en elektrische aansluiting
WAARSCHUWING
Gevaar voor verbranding aan hete oppervlakken!
Het motorhuis kan tijdens het bedrijf heet worden. Er bestaat gevaar voor brand-
wonden. Laat de pomp na het uitschakelen afkoelen tot de omgevingstemperatuur!
WAARSCHUWING
Afscheuren van de drukslang!
Door het afscheuren of wegslaan van de drukslang kan er (ernstig) letsel ontstaan.
Bevestig de drukslang op een veilige wijze op de uitlaatopening! Voorkom het knik-
ken van de drukslang.
LET OP
Transportproblemen door te laag waterpeil
Het hydraulische systeem is zelfontluchtend. Kleinere luchtbuffers worden tijdens
het pompen opgelost. Wanneer het debiet van het medium te ver daalt, kan de
transportstroom worden onderbroken. Het toegestane minimumwaterniveau is ge-
lijk aan de bovenkant van het hydraulische huis!
Voor de transporteerbare opstelling moet de pomp van een pompvoet worden voorzien.
De pompvoet garandeert de vereiste minimumbodemvrijheid alsmede een veilige op-
stelling op vaste ondergrond. Dankzij deze opstellingswijze kan de pomp op een plaats
naar keuze in de bedrijfsruimte/opstellingplaats worden gepositioneerd. Bij opstellings-
plaatsen met een zachte ondergrond moet een harde grondplaat worden gebruikt om
inzakken te voorkomen. Aan de perszijde wordt een drukslang aangesloten. Als de
pomp wordt gebruikt voor langere bedrijfsperioden, moet deze vast op de bodem wor-
den bevestigd. Daarmee worden trillingen voorkomen en een rustige en slijtvaste wer-
king gegarandeerd.
Instructies betreffende de niet-ondergedompelde modus
ƒ
Motor P 13: Het is toegestaan om de motor in de bedrijfssituatie 'niet-ondergedom-
peld' (S1, S2-30, S3 25 %*) boven water te halen.
ƒ
Motor P 17: Het is toegestaan om de motor kortstondig boven water te halen.
VOORZICHTIG! Om de motorwikkeling te beschermen tegen oververhitting moet
de motor zijn uitgerust met een temperatuurregeling! Als er maar één tempera-
tuurbegrenzing is geplaatst, mag de motor tijdens bedrijf niet boven water wor-
den gehaald.
* Als voorafgaand aan het opnieuw inschakelen de vereiste koeling van de motor is ge-
garandeerd, is de bedrijfssituatie S3 50 % toegestaan! De motor moet gedurende ten
minste 1 min volledig zijn ondergedompeld, om de vereiste koeling te garanderen!
Stappen
1
Pompvoet
5
2
Bochtstuk met slangaansluiting of vaste Storzkoppeling
6
3
Storz-slangkoppeling
S1
4
Drukslang
5
Hijsmiddel
6
Bevestigingspunt
Bedrijfssituatie niet-ondergedompeld: neem informatie op het typeplaatje in
S*
S*
acht!
Pompvoet gemonteerd.
1
Persaansluiting voorbereid: bochtstuk met slangaansluiting of bochtstuk met vaste
Storzkoppeling gemonteerd.
1. Bevestig het hijsmiddel met een harp aan het bevestigingspunt op de pomp.
2. Hijs de pomp op en plaats deze op de bedoelde bedrijfslocatie (pompput, gat).
WILO SE 2019-02

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave