Gebruik
22
Vertaling van de originele bedienings- en installatie-instructies, nederlands, KNF 323252 11/22
8 Gebruik
8.1 Algemeen
WAARSCHU-
WING
WAARSCHU-
WING
WAARSCHU-
WING
Verbrandingen door hete pomponderdelen en/of
een heet medium
Tijdens of na het gebruik van de pomp kunnen en-
kele pomponderdelen heet zijn.
à
Laat de pomp na het gebruik afkoelen.
à
Neem beschermende maatregelen tegen de
aanraking van hete onderdelen.
Beschadiging van de pomp door oververhitting
Als er gassen getransporteerd worden met een
grotere isentropische exponent dan die van lucht
(helium, argon, xenon, neon, krypton), kunnen er
bij de compressie hogere gastemperaturen optre-
den. De hogere temperaturen kunnen leiden tot
een verminderde werking van de pompdelen die
met de media in aanraking komen, en eventueel
ook van de aangrenzende componenten (bijv. ko-
gellagers). Hierdoor neemt de levensduur van de
pomp af.
à
Neem indien nodig contact op met de KNF-
klantenservice.
Explosiegevaar door te hoge oppervlaktetempera-
tuur
De temperatuurklasse van de pomp wordt be-
paald met behulp van lucht. Als er gasmengsels
getransporteerd worden die voornamelijk bestaan
uit gassen met een grotere isentropische expo-
nent dan die van lucht (helium, argon, xenon, ne-
on, krypton), kunnen er bij de compressie hogere
gastemperaturen en daardoor ook hogere opper-
vlaktetemperaturen optreden.
à
Controleer bij het transport van dergelijke gas-
mengsels vóór het gebruik van de pomp de
oppervlaktetemperatuur.
à
Gebruik de pomp bij het transport van dergelij-
ke gasmengsels met aangesloten waterkoe-
ling.
membraanpomp N87.9 EX