Pagina 1
HANDLEIDING VOOR DE GEBRUIKER MD300 centrale voor branddetectie Beknopte handleiding voor de gebruiker 01-11-2012 LIMOTEC bvba Bosstraat 21 B – 8570 Vichte Tel +32 (0) 56 650 660 www.limotec.be HG0300N02D...
1 INHOUD NORMEN EN CERTIFICATIE ......................3 BESCHRIJVING VAN DE MD300 CENTRALE ..................3 HET BEDIENINGSFRONT VAN DE MD300 CENTRALE ............... 4 OVERZICHT ..........................4 4.2 BESCHRIJVING .......................... 5 4.2.1 HET LCD MET TOUCHSCREEN ..................5 4.2.2 HET WAAKSCHERM ......................6 4.2.3...
De MD300 centrale voor branddetectie en brandwaarschuwing in gebouwen is opgebouwd overeenkomstig de Europese Normen EN54-2:1997/A1:2006 en EN54-4:1997/A1:2002/A2:2006. De MD300 centrale is BOSEC gecertificeerd in combinatie met de Apollo S65 optische rookmelder (B- 9072-FD-904), de Apollo S65 thermische detector A1R (B-9072-FD-905) en de Apollo ORBIS Multi sensor detector (B-9072-FD-906).
Het LCD van de MD300 centrale is uitgerust met een achtergrond LED verlichting, die oplicht bij elke aanraking van het scherm of van een bedieningstoets en bij elke nieuwe brandalarm- of storingsmelding op het systeem.
Het waakscherm verschijnt van zodra de centrale zich in rust bevindt (er zijn geen brandalarm- of storingsmeldingen op het systeem aanwezig). De tekst « MD300 (brandcentrale) » is de standaard centrale naam. Deze naam kan op aangeven van de gebruiker tijdens de in bedrijfstelling van het systeem worden aangepast. Alle andere teksten daarentegen kunnen niet worden aangepast.
Pagina 8
De brandalarmen van een lus die « in test » geplaatst is, worden enkel op het display van de MD300 centrale gemeld en activeren de ingebouwde zoemer van de centrale of van de herhaalborden niet. De uitgangsturingen voor waarschuwing en evacuatie worden volledig «...
(vb. een gasdetectiecentrale). « EVACUATIE »: alarmmelding afkomstig detectielus uitgerust evacuatiedrukknoppen of –sleutelschakelaars. Deze detectielussen hebben dezelfde autoriteit als de bedieningstoets « EVACUATIE » op het front van de MD300 centrale. HG0300N02D...
Pagina 10
Contacteer de technische dienst en indien nodig uw onderhoudsfirma voor het nazicht van de netspanningsvoeding. « BATTERIJFOUT »: de MD300 brandmeldcentrale controleert om de 10 minuten de aanwezigheid van de batterijen. Bij afwezigheid van de batterijspanning meldt het systeem «...
Pagina 12
TECHNISCHE STORINGEN MET BETREKKING TOT DE INTERNE MONITORING VAN DE MD300 CENTRALE: « EXTERNE PROCESSOR »: de hoofdprocessor van de MD300 centrale wordt door een externe processor overwaakt. Ingeval de hoofdprocessor uitvalt, zal de externe processor dit melden met de LED « SYSTEEMFOUT ». De hoofdprocessor overwaakt tevens de externe processor.
Pagina 13
De eerste tekstlijn vermeldt de tekst « PERIF. FOUT » en het volgnummer van de melding. De tweede tekstlijn vermeldt het type en het adres van de periferiemodule die de melding veroorzaakt heeft. Een periferiemodule is een externe uitbreidingsmodule die op de MD300 I/O bus wordt aangesloten. Er zijn 3 soorten periferiemodules: herhaalborden, uitbreidingsrelaiskaarten en voedingsmonitors (intern ingebouwd in elke centrale).
Pagina 14
B. COMMUNICATIEFOUTEN: COMM.FOUT Relaisprint 1 COMM.FOUT Relaisprint 1 VORIGE VOLGENDE Volgnummer de melding Nummer van de relaisprint Scrol-toetsen Algemene melding “COMM.FOUT” De eerste tekstlijn vermeldt de tekst « COMM. FOUT » en het volgnummer van de melding. De tweede tekstlijn vermeldt het nummer van de relaisprint die de melding veroorzaakt heeft.
Pagina 16
De eerste tekstlijn vermeldt de tekst « PAR. FOUT » en het volgnummer van de melding. De tweede tekstlijn vermeldt de aard van de parameterfout die de melding veroorzaakt heeft. Een parameterfout meldt een probleem in de instelling van de parameters van de MD300 brandcentrale.
4.2.4 HET MENUSCHERM De MD300 centrale kan, naast de basis-functietoetsen « STILTE », « RESET », « EVACUATIE VERTRAAGD » en « EVACUATIE », eveneens via een menustructuur worden bediend worden. 13 oktober 09 10 : 15 _________________________ MD300 brandmeldcentrale...
Pagina 19
Bij het invoeren van een correcte code keert het systeem eveneens terug naar het waakscherm, maar wordt de functietoets « BEDIENING » zwart ingekleurd. De MD300 centrale bevindt zich nu in bedieningsniveau 2. 13 oktober 09...
Pagina 20
Alle basis functietoetsen van de MD300 centrale zijn nu beschikbaar. De toetsen « RESET » en « EVACUATIE » worden met een witte achtergrond LED verlichting aangeduid. Door middel van de functietoets « MENU » op het MD300 waakscherm kunnen de volgende menufuncties uitgevoerd worden: «...
4.3 DE BASIS FUNCTIETOETSEN Alle basis-functietoetsen van de MD300 centrale zijn uitgerust met een achtergrond LED verlichting. De functietoetsen « STILTE » en « EVACUATIE VERTRAAGD » zijn uitgerust met een gele achtergrond LED verlichting. De functietoetsen « RESET » en « EVACUATIE » zijn uitgerust met een witte achtergrond LED verlichting.
4.3.4 FUNCTIETOETS “EVACUATIE” De druktoets « EVACUATIE » is enkel beschikbaar in bedieningsniveau 2. De beschikbaarheid van deze toets wordt door een witte achtergrond LED verlichting aangeduid. Na het bedienen van de druktoets « EVACUATIE » wordt op het LCD om een bevestiging gevraagd.
4.4 DE VISUELE AANDUIDINGEN Rode LED « BRANDALARM »: licht op ingeval van een alarmmelding op één of meerdere detectielussen. Gele LED « ALGEMENE STORING »: licht op ingeval van een technische storing (storing in een detectielus, storing in een sirenekring of voedingsfout).
« RESET » met het systeem in bedieningsniveau 2. Ofwel na het bedienen van de druktoets « EVACUATIE » op de MD300 centrale en/of na het bedienen van de eventueel in het gebouw opgestelde evacuatiedrukknoppen.
6 WERKING INGEVAL VAN EEN ALARMMELDING MET DE CENTRALE IN VERTRAAGDE WERKINGSMODE DE GELE LED “EVACUATIE VERTRAAGD” LICHT OP! Een brandalarmmelding treedt op in de volgende gevallen: Een optische, een Multi sensor of een lineaire detector detecteert rook. Een TVC detector detecteert een abnormale temperatuurstijging.
Pagina 26
Druk op een tekstzone (grijze zone in het evenementenscherm) op het LCD om het waakscherm te selecteren. 13 oktober 09 10 : 15 _________________________ MD300 brandmeldcentrale IN BEDRIJF BEDIENING MENU Selecteer met de functietoets « BEDIENING » het scherm voor het ingeven van de toegangscode 0 1 2 3 * .
Pagina 27
JA: VOER HET EVACUATIEPLAN UIT! ↓ Start de evacuatiesirenes door bediening van de functietoets « EVACUATIE » (plaats de MD300 centrale, indien nodig, in bedieningsniveau 2) Druk « JA » op het LCD om de evacuatiesirenes in werking te stellen. HG0300N02D...
Pagina 28
» De witte LED « RESET » De witte LED « EVACUATIE VERTRAAGD » De functietoets « BEDIENING » op het LDC-touchscreen is zwart ingekleurd Reset de MD300 centrale door bediening van de toets « RESET ». ↓ Neem de oorzaak van de brandalarmmelding weg of verwittig de servicefirma ingeval van een technisch defect ↓...
7 WERKING INGEVAL VAN EEN ALARMMELDING MET DE CENTRALE IN DIRECTE WERKINGSMODE DE GELE LED “EVACUATIE VERTRAAGD” LICHT NIET OP! Een brandalarmmelding treedt op in de volgende gevallen: Een optische, een Multi sensor of een lineaire detector detecteert rook.
Pagina 30
Druk op een tekstzone (grijze zone in het evenementenscherm) op het LCD om het waakscherm te selecteren 13 oktober 09 10 : 15 _________________________ MD300 brandmeldcentrale IN BEDRIJF BEDIENING MENU Selecteer met de functietoets « BEDIENING » het scherm voor het ingeven van de toegangscode 0 1 2 3 * .
Pagina 31
JA: Voer het evacuatieplan uit! ↓ Start de evacuatiesirenes opnieuw door bediening van de functietoets « EVACUATIE » (plaats de MD300 centrale, indien nodig, in bedieningsniveau Druk « JA » op het LCD om de evacuatiesirenes in werking te stellen ↓...
8 EVACUATIE VAN HET GEBOUW Druk op het LCD tot het waakscherm gevisualiseerd wordt 13 oktober 09 10 : 15 _________________________ MD300 brandmeldcentrale IN BEDRIJF BEDIENING MENU ↓ Druk op de functietoets « EVACUATIE » Selecteer met de functietoets « BEDIENING » het scherm voor het invoeren van de toegangscode indien bedieningsniveau 2 nog niet actief is en voer de toegangscode in (fabriekscodewoord = ‘1’...
De gele LED « DOORMELDING UIT DIENST/STORING » licht op ingeval van een fout in de bekabeling naar de telefoondoormelder. De gele LED « SYSTEEM STORING » licht op ingeval van een interne fout in de MD300 brandmeldcentrale. De bediening van de centrale ingeval van een storingsmelding: STORING ↓...
Pagina 34
* . . . 8 7 6 5 Voer de toegangscode in (fabriekscodewoord = ‘1’ ‘2’ ‘3’ ‘4’) Reset de MD300 centrale door bediening van de toets « RESET » ↓ Neem de oorzaak van de storingsmelding weg of verwittig de servicefirma ingeval van een technisch defect ↓...
10 BEDIENING VAN DE MD300 CENTRALE Afhankelijk van het actieve bedieningsniveau (niveau 1 of niveau 2) en door middel van de functietoets « MENU » kan een bedieningsmenu op het waakscherm opgevraagd worden. 10.1 BEDIENINGSNIVEAU 1 Bedieningsniveau 1 = de functietoets « BEDIENING » is niet ingekleurd:...
Alle aangesloten brandmelders zijn volledig geïsoleerd en kunnen bijgevolg geen meldingen veroorzaken. De lussen die niet « UIT DIENST » geplaatst zijn, blijven in normaal bedrijf. 1. Plaats de MD300 centrale in bedieningsniveau 2 en selecteer met de functietoets « MENU » het hoofdmenu van niveau 2.
3. Selecteer met de functietoets «IN/UIT DIENST » het submenu voor het in/uit dienst plaatsen van een detectielus, de waarschuwings- & evacuatiesirenes of de uitgang naar de telefoondoormelder. IN/UIT DIENST SIRENE DOORMELD ↓ 4. Selecteer met de functietoets «LUS » het submenu voor het in/uit dienst plaatsen van een detectielus.
Pagina 38
8. Het waakscherm visualiseert de uit dienst geplaatste detectielus. Indien meerdere detectielussen uit dienst geplaatst zijn, worden deze in een scrol-cyclus van 5 seconden op het scherm geplaatst. 13 oktober 09 10 : 15 _________________________ MD300 brandmeldcentrale UIT DIENST 1. Lus 1 BEDIENING MENU HG0300N02D...