AllShare
Hier leert u de DLNA-service (Digital Living Network Alliance) te gebruiken
waarmee u via een WLAN mediabestanden kunt uitwisselen met apparaten die
DLNA ondersteunen.
Eerst moet u de WLAN-functie inschakelen en een WLAN-profiel toevoegen.
► p. 58
›
DLNA-instellingen voor het delen van mediabestanden
aanpassen
Als u andere DLNA-apparaten toegang tot mediabestanden op uw apparaat wilt
geven, schakelt u het delen van media in.
Sommige bestanden kunnen op DLNA-apparaten mogelijk niet worden
afgespeeld, afhankelijk van de apparaten.
1
Selecteer in de menustand
AllShare.
2
Druk op [
]
→
Instellingen.
3
Wijzig de volgende instellingen om de DLNA-functie aan te passen:
Optie
Functie
Hier geeft u een naam voor uw apparaat als
Naam mediaserver
mediaserver in.
Hier schakelt u het delen van video's, foto's en
Media delen
muziek met andere DLNA-apparaten in.
Toegangspunt
Hier selecteert u een verbindingsprofiel voor
netwerk
gebruik bij DLNA-verbindingen.
62
Connectiviteit
Optie
Functie
Uploaden van
Hier stelt u in of uploads van andere apparaten
andere apparaten
worden geaccepteerd.
Hier selecteert u een geheugenlocatie voor het
Standaardgeheugen
opslaan van gedownloade mediabestanden.
›
Bestanden op een ander DLNA-apparaat afspelen
1
Selecteer in de menustand
AllShare.
Het apparaat zoekt automatisch naar DLNA-apparaten.
2
Selecteer een apparaat als mediaserver (het apparaat met de mediabestanden)
bij Server.
3
Selecteer een speler (het apparaat dat het mediabestand zal afspelen) bij
Weergaveapparaat.
4
Selecteer
Volgende.
5
Selecteer een mediacategorie
→
6
Regel het afspelen met behulp van de pictogrammen op uw apparaat.
Afhankelijk van de netwerkverbinding en de server kan het afspelen
worden gebufferd.
een bestand.