Een ontgrendelingswachtwoord instellen
1
Selecteer in de menustand
Instellingen
Schermvergrend. instellen
Wachtwoord.
→
2
Geef een nieuw wachtwoord (alfanumeriek) in en selecteer
3
Geef het wachtwoord nogmaals in en selecteer
›
De SIM-kaart of USIM-kaart vergrendelen
U kunt het apparaat vergrendelen door de PIN-code die u bij de SIM-kaart of USIM-
kaart hebt gekregen, te activeren.
1
Instellingen
Selecteer in de menustand
kaartvergrendeling instellen
→
2
Geef uw PIN-code in en selecteer
Als de PIN-vergrendeling is ingeschakeld, moet u telkens bij het inschakelen van
het apparaat of bij het gebruik van menu's waarvoor de PIN-code nodig is, de
PIN-code ingeven.
•
Als u te vaak een onjuiste PIN-code ingeeft, wordt de SIM-kaart of USIM-
kaart geblokkeerd. In dat geval moet u een PUK-code (PIN Unlock Key)
ingeven om de blokkering van de kaart op te heffen.
•
Als u een onjuiste PUK-code voor de SIM-kaart of USIM-kaart ingeeft,
moet u de blokkering van de kaart bij de serviceprovider laten opheffen.
→
Locatie en beveiliging
→
Doorgaan.
OK.
Locatie en beveiliging
→
→
SIM-kaart vergrendelen.
OK.
›
Mobiel opsporen activeren
Wanneer iemand een andere SIM- of USIM-kaart in het apparaat plaatst, stuurt de
functie voor mobiel opsporen het nummer automatisch naar een aantal ingestelde
contacten, zodat u het apparaat kunt opsporen.
Als u deze functie wilt gebruiken, hebt u een Samsung-account nodig om het
apparaat op afstand in de gaten te houden.
1
Selecteer in de menustand
opsporen instellen.
2
Geef uw wachtwoord in en selecteer
3
SIM-
OK om verder te gaan.
Selecteer
4
Geef uw e-mailadres en wachtwoord voor uw Samsung-account in en selecteer
Log in.
Als u Samsung-account wilt maken, selecteert u Aanmeld.
5
Lees de voorwaarden en bepalingen en selecteer
6
Geef een telefoonnummer inclusief landcode in (met
7
Geef de naam van een afzender in.
8
Geef het SMS-bericht in dat moet worden verzonden naar de ontvangers.
9
Selecteer
Opslaan.
Instellingen
Locatie en beveiliging
→
OK.
OK.
+).
Aan de slag
Mobiel
→
21