Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Inbedrijfstelling; Display En Bedieningspaneel; Bedrijfsmodi; Modus Aanvoerlucht - Xpelair MURO WE Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

5 Bediening

5.1 Inbedrijfstelling

Na voltooiing en controle van de professionele installatie kan de
ventilatie-eenheid in bedrijf worden genomen.
• Schakel het apparaat in
• Controleer de werking
U hoeft de ventilatie-eenheid niet te kalibreren of af te stellen.
LET OP!
U dient vervuiling en beschadiging van de ventilatie-eenheid te
voorkomen, dus stel de eenheid pas in bedrijf als de ruimte klaar is
voor gebruik en alle bouw- en aanpassingsactiviteiten zijn
afgerond.
LET OP!
Als er enige zichtbare schade is, mag de ventilatie-eenheid niet in
bedrijf worden gesteld. Na voltooiing van de installatie mogen er
geen risico's zijn voor de gezondheid, veiligheid of het milieu. De
fabrikant van de ventilatie-eenheid aanvaardt geen
aansprakelijkheid hiervoor.

5.2 Display en bedieningspaneel

De ventilatie-eenheid kan worden bediend zonder aanvullende
bedieningsonderdelen. De bediening vindt plaats door middel
van het display en het bedieningspaneel.
Afb. 5.1 Display en bedieningspaneel
1 voorpaneel binnenmuur
2 display en bedieningspaneel

5.3 Bedrijfsmodi

De bedrijfsmodus wordt ingesteld met de bedieningsknop op de
ventilatie-eenheid. Telkens wanneer u deze knop indrukt,
verandert de bedrijfsmodus in de weergegeven volgorde. Op het
display ziet u informatie over de huidige bedrijfsstatus. U kunt de
volgende bedrijfsmodi selecteren:
1
2
3
4
2
3 segmentdisplay
4 bedieningsknop
Bedrijfsmodus
Display
Geen
Geen voeding
UIT*
0
A
AUTOMATISCH**
TOERENTAL 1
1
TOERENTAL 2
2
TOERENTAL 3
3
TOERENTAL 4
4
AANVOER-
← ∣
LUCHT**
AFVOER-LUCHT** Afvoerluchtmodus alleen 30 m³/u, Geen
→ ∣
Tabel 5.1 Bedieningsmodi
5.3.1 Modus Automatisch
In de modus automatisch werkt de ventilatie-eenheid in een minimale
stand bij 10 m³/u.
Als een luchtkwaliteitsensor wordt toegevoegd, wordt de
luchtstroom traploos geregeld tussen 10 en 45 m³/u, afhankelijk van
de kwaliteit van de afvoerlucht (de meting van CO2, vochtigheid en
het gasmengsel).

5.3.2 Modus aanvoerlucht

De modus Aanvoerlucht wordt alleen gebruikt voor de levering van
koele buitenlucht. De afvoerluchtventilator VM2 is uitgeschakeld
(geen warmteterugwinning) en de afvoerluchtafsluiter is gesloten.

5.3.3 Modus afvoerlucht

De modus Afvoerlucht wordt alleen gebruikt voor het onttrekken van
vocht aan de lucht De aanvoerluchtventilator VM1 is uitgeschakeld
(geen warmteterugwinning) en de aanvoerluchtafsluiter is gesloten.
LET OP!
Er gelden speciale eisen wanneer de ventilatie-eenheid gelijktijdig
gebruikt
wordt
met
schoorstenen, tegelkachels, gaskachels). Zorg dat er geen onderdruk
wordt gecreëerd door de ventilatie-eenheid als de haard of het
verwarmingssysteem in de geventileerde woning
Landspecifieke en regionale richtlijnen en voorschriften dienen te
worden opgevolgd.
B
EDIENING
Functie
Ventilatoren uit
(afsluiters open)
Ventilatoren uit
(afsluiters
gesloten)
Zonder luchtkwaliteitsensor:
Minimale werking 10 m
luchtkwaliteitsensor***:
Automatisch, traploze
luchtvolumeregeling
van 10~45 m
/u (afsluiters open)
3
Beperkte ventilatie 15 m
(afsluiters open)
Nominale ventilatie 30 m³/u
(afsluiters open)
Nominale ventilatie 45 m³/u
(afsluiters open)
Intensieve ventilatie 55 m³/u
(afsluiters open)
Aanvoerluchtmodus alleen 30
m³/u, Geen warmteterugwinning
(afsluiter uitstromende lucht
gesloten)
swarmteterugwinning
(afsluiter buitenlucht gesloten)
haarden/verwarmingssystemen
3
/u met
3
/u
(bijv.
in gebruik is.
E 23

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Gerelateerde Producten voor Xpelair MURO WE

Inhoudsopgave